Categorie archieven: nieuws

Binnenvaart kan vooraf melden in Terneuzen

TERNEUZEN De binnenvaart kan zich sinds kort ook vooraf melden om door de sluis van Terneuzen te varen. Vanwege de bouw van de nieuwe sluis in Terneuzen kunnen wachttijden oplopen. Met de Planningstool Binnenvaart Terneuzen kunnen binnenvaartschepen volgens Rijkswaterstaat eerder worden ingepland voor een schutting.

Binnenvaartschippers kunnen zich nu maximaal 24 uur van te voren aanmelden via BICS, via de telefoon of via de website van Sluisplanning. Op deze website kunnen schippers die zich al hebben aangemeld, zien hoe laat en in welke kolk ze zijn ingedeeld. Schippers kunnen hierop hun reisplan afstemmen, door bijvoorbeeld langzamer te varen en brandstof te besparen. Een ander voordeel is dat schippers op grotere afstand van de sluis kunnen wachten op hun schutting op ligplaatsen die minder druk bezet zijn.

Niet verplicht
Binnenvaartschippers zijn niet verplicht de planningstool te gebruiken. Schepen kunnen zich in het zicht van de sluis blijven aanmelden via de marifoon en worden dan ingedeeld op basis van de eerst mogelijke vrije positie. Het kan dus zijn dat schepen die later aankomen, eerder aan de beurt zijn omdat ze zich al eerder hebben aangemeld via de planningstool. Voor het aanmelden van de aankomsttijd bij de sluis of het eventueel wijzigen van de aankomsttijd als de reis anders verloopt, zijn spelregels opgesteld.

Tijdens de startfase die tot het eind van dit jaar duurt, gelden de bestaande regels voor het indelen van de schuttingen. Vanaf 1 januari 2018 hanteert Rijkswaterstaat de werkafspraken die eerder dit jaar door de partners het Havenbedrijf Gent, Zeeland Seaports, het Kenniscentrum Binnenvaart Vlaanderen, Koninklijke BLN-Schuttevaer, Maritieme Dienstverlening en Kust en Rijkswaterstaat zijn bekrachtigd.

Ervaring met planning
De sluispassage van zeeschepen wordt al vanaf 2012 vooraf gepland. Zo kan het schutten volgens Rijkswaterstaat vlot verlopen en worden wachttijden zoveel mogelijk vermeden of ingeperkt. ‘De passage van de binnenvaart werd tot nu toe nog niet vooraf gepland en dit is ook nog niet eerder op deze schaal in Vlaanderen of Nederland toegepast. Voor zowel bedrijven als schippers is dit een belangrijk hulpmiddel voor een zo optimaal mogelijke planning.’

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid.

Volg ons op Twitter en Facebook

Europees pleidooi voor meer vervoer over water

TALLINN De CEF Transportcoalition heeft tijdens de Connecting Europe Conference in Tallinn de Ministers van Transport, de Europese Commissie en het Europese Parlement opgeroepen om bij de komende budgetonderhandelingen voldoende financiële middelen voor transport en infrastructuur beschikbaar te stellen. De Europese Binnenvaart Unie (EBU) pleitte als partner in de Transportcoalition in Tallinn voor meer vervoer water.

Volgens secretaris generaal Theresia Hacksteiner kan de binnenvaart op het stelsel van zo’n 40.000 kilometer aan Europese vaarwegen een veel hoger aandeel aan transport absorberen en daarmee bijdragen tot het verminderen van de congestie op de Europese wegen. ‘Binnenvaart is in de afgelopen 20 jaren met maar liefst 25 % gegroeid en daarmee na het wegvervoer de snelste groeier. Voor een toename van het aandeel van de binnenvaart is het cruciaal om de vaarwegen goed te onderhouden en de knelpunten op te lossen alsmede ontbrekende verbindingen te realiseren. Binnenvaart biedt een krachtig en duurzaam alternatief voor de dure wegcongestie.’

Ten goede
Volgens alle prognoses groeit het transport in de komende jaren aanzienlijk. Om deze groei aan te kunnen is een goed onderhouden infrastructuur van essentieel belang, reden waarom de Transportcoalitie voor meer CEF gelden onder het toekomstige financiële meerjarenkader MFF heeft opgeroepen. Investeringen in transport infrastructuur komen volgens de CEF coalitie de Europese economie ten goede en zullen verdere banen creëren.
De CEF Transportcoalition is een samenwerking van Europese belangenorganisaties van transport, verladers, havens en spediteurs.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid.

Volg ons op Twitter en Facebook

 

Binnenvaartschippers positief over CoVadem

ROTTERDAM Binnenvaartondernemers zijn positief over CoVadem. Na een uurtje klikken en testen in de eerste oplevering van de applicatie, bleken de reacties positief. Er waren echter ook nog wensen. ‘Voldoende om een volgende slag te maken en weer een stap dichterbij de ambitie van CoVadem te komen’, melden de initiatiefnemers.

Binnenvaartschippers verzamelen in CoVadem (coöperatieve vaardieptemeting) tijdens de vaart informatie over vaardiepte en gedrag van de rivieren. De verzamelde informatie wordt centraal verwerkt, geanalyseerd en verrijkt met rivierkundige kennis. Schippers kunnen hierdoor scherper afladen, efficiënter varen en besparen op brandstof. Daarnaast kunnen vaarwegbeheerders en baggeraars dankzij deze informatie proactief inspelen op vaarwegcondities.

‘Grote stappen gemaakt’
Om de informatie op een inzichtelijke manier te delen met de scheepvaart wordt er gewerkt aan een mobiele applicatie. De eerste versie hier van werd onlangs gepresenteerd aan binnenvaartondernemers.
In de eerste oplevering worden de waterstanden en waterdiepten gepresenteerd bij de meetstations in Nederland en Duitsland, zowel actuele waarden als voorspellingen voor de komende dagen. ‘Naast de ontwikkeling van slimme algoritmen zijn er grote stappen genomen in het onderliggende database- en ICT-systeem, de sensormonitoring aan boord en omrekening van sensorwaarden naar begrijpelijke indicatoren. Zoals te zien in de applicatie: informatie over de af te leggen route en de prestatie van het schip: waterdiepte, waterniveau, brandstofverbruik.’
CoVadem is een initiatief van MARIN, Deltares, Autena Marine en Bureau Telematica Binnenvaart.

Nieuw jasje
Nu CoVadem de stap heeft gemaakt van onderzoeksproject naar marktintroductie, is ook de website vernieuwd. Bezoekers verwachten volgens de initiatiefnemers op de website andere informatie te vinden. ‘We zijn daarom met een schone lei begonnen en hebben een compleet nieuwe website gebouwd, met een frisse layout en geactualiseerde, zakelijke informatie. Het jasje is ‘op de groei’ gemaakt, zodat we gemakkelijk kunnen uitbreiden. Met onze vernieuwde site willen we niet alleen onze belangrijkste klanten, binnenvaartondernemers, aanspreken, maar ook andere belanghebbenden die baat kunnen hebben bij CoVadem. Vaarwegbeheerders, waterbouwers, onderzoekers en kennisinstellingen vinden er informatie die voor hen interessant is. De website is onze centrale informatie-‘hub’ waar je alles moet kunnen vinden over CoVadem, hoe het werkt, wat de voordelen zijn en welke producten en diensten je af kunt nemen.’ (Foto Deltares)

www.covadem.eu

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid.

Volg ons op Twitter en Facebook

‘Meer geld nodig voor onderhoud en verkeersmanagement’

ROTTERDAM Het kabinet moet meer geld uittrekken voor onderhoud aan kunstwerken. Tevens moet het budget voor verkeersmanagement omhoog. Koninklijke BLN-Schuttevaer en het Centraal Overleg Vaarwegen (COV) reageren hiermee op de begroting die het kabinet dinsdag tijdens Prinsjesdag presenteerde.

Het budget voor nieuwe natte infrastructuur, en modernisering van de bestaande, stijgt het komend jaar van 872 miljoen euro tot 965 miljoen euro. Het budget voor onderhoud is omhoog bijgesteld tot € 377 miljoen euro. Om uitval van kunstwerken te voorkomen vinden BLN-Schuttevaer en het COV echter dat er nog meer geld nodig is voor preventief onderhoud.
Het kabinet trekt voor volgend jaar 8,5 miljoen euro uit voor verkeersmanagement, evenveel als in 2017. ‘De praktijk wijst uit dat dit structureel te laag is. Vervoer over water neemt in belang toe en moet kunnen rekenen op klokronde bediening van bruggen en sluizen en kwalitatief passende verkeersbegeleiding op verkeersposten en met vaartuigen. Ook dat bespreken we graag met de minister.’

Laaghangend fruit
In de beleidsagenda van de begroting schrijft de regering dat ‘onze energie duurzamer moet worden en onze mobiliteit slimmer en groener en dat CO2 uitstoot vraagt om grote investeringen en innovatie’. Dit biedt volgens BLN-Schuttevaer volop kansen om de rol van vervoer over water te versterken. ‘De verhoging van het budget voor natte infrastructuur past bij de belangrijke rol die de binnenvaart in Nederland speelt. Wij denken graag mee over de transitiepaden die de regering op het gebied van mobiliteit gaat uitwerken en wijzen er op dat nu al vervoersstromen geheel of gedeeltelijk naar het water halen, direct een forse reductie in de uitstoot van CO2 oplevert. Toonaangevende verladers hebben daarin samen met de binnenvaart al belangrijke stappen gezet. Meer vervoer, geheel of gedeeltelijk, over water is bij het bereiken van de klimaatdoelstellingen laaghangend fruit. Door producenten en verladers hierin te stimuleren is op korte termijn veel winst te behalen.’

Multimodaal
In de begroting maakt de regering tevens de opmerking dat het steeds minder van belang wordt welke vervoersmiddelen worden ingezet om de bereikbaarheid in Nederland op orde te houden en Nederland in beweging te houden. Er zijn nieuwe formules nodig en de regering denkt daarbij aan ‘multimodale corridors’.
BLN-Schuttevaer meldt samen met verladersorganisatie evofenedex, wegvervoersorganisatie TLN en het spoor graag na te willen denken over nieuwe innovatieve vervoersconcepten. ‘Wij zien vanwege het uitgebreide en fijnmazige net van waterwegen kansen om met vervoer over water hieraan een essentiële en onmisbare bijdrage te leveren. Een adequaat multimodaal netwerk, voldoende overslagpunten en 24/7 bereikbaarheid zijn noodzakelijke voorwaarden die we, samen met andere partijen en de minister, graag in concrete plannen vertalen. (Foto’s Rijksoverheid/Martijn Beekman)

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid.

Volg ons op Twitter en Facebook

 

Maas gestremd voor ruimen vliegtuigbom

VENLO De Maas tussen Hout-Blerick en Tegelen wordt zondagmorgen 24 september enkele uren gestremd. De Explosieven Opruimingsdienst van Defensie ontmantelt dan een vliegtuigbom uit de Tweede Wereldoorlog.

De vliegtuigbom, een zogenoemde 500-ponder, ligt zo’n vijf meter onder de waterlijn en werd eind mei van dit jaar ontdekt tijdens werkzaamheden om de vaargeul van de Maas bij Venlo te verruimen. De vaargeul wordt op diepte gebracht en verbreed zodat grotere schepen elkaar onbelemmerd kunnen kruisen of passeren. Met de werkzaamheden werd in mei van dit jaar begonnen, eind 2018 moet de verruiming zijn afgerond.

Demontage
De bom zorgt volgens Rijkswaterstaat vooralsnog niet voor gevaar. ‘De bom heeft al 73 jaar op de bodem van de Maas gelegen en ligt daar veilig. In en rond Venlo worden regelmatig explosieven uit de Tweede Wereldoorlog gevonden.’
Om de bom veilig te kunnen ruimen, wordt zondagochtend vanaf 8 uur het scheepvaartverkeer op de Maas stilgelegd. Een uur later begint Defensie dan met de demontage van de bom. Hoe lang dit gaat duren, is nog niet met zekerheid te zeggen. Pas als de ontsteker is verwijderd, wordt het sein veilig gegeven en wordt het gebied weer vrijgegeven. De bom wordt vervolgens per werkschip naar de haven van Blerick gebracht. Van daaruit gaat de bom per vrachtwagen naar de springlocatie aan de Newtonweg, in de oksel van knooppunt Zaarderheiken. Daar wordt de bom tot ontploffing gebracht. (Kaart: Google Maps)

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid.

Volg ons op Twitter en Facebook

Informatiedag ‘Stoppen met varen’

DORDRECHT Steunpunt Binnenvaart houdt vrijdag 6 oktober voor de negende keer een voorlichtingsdag over ‘stoppen met varen’. In samenwerking met Stichting ABRI wordt op museumschip René Siegfried in Dordrecht onder meer gesproken over de financiële en fiscale consequenties van pensionering en bedrijfsbeëindiging. Ook komen praktische en sociale zaken aan bod.

Volgens Lilian van Hiele van Steunpunt Binnenvaart is stoppen met varen vaak heel ingrijpend. ‘Of je nu stopt omdat je met pensioen gaat, omdat je kinderen anders naar het internaat moeten, vanwege ziekte, financiële problemen, een sterfgeval of echtscheiding, er komt veel op je af. Zeker in deze tijd. De AOW-leeftijd gaat steeds verder omhoog en de partnertoeslag voor jongere partners is afgeschaft. Wat is dan een goed moment om te stoppen? Wat zijn de financiële en fiscale consequenties als je stopt? Kun je die (vooraf) nog beïnvloeden? Is je schip nog te verkopen? Hoe kun je het bedrijf eventueel overdragen aan je kinderen? Wat gebeurt er met eventuele restschulden? Hoeveel geld heb je aan de wal per maand nodig? Kun je beter een huis huren of kopen, maar ook hoe bereid je je, ook emotioneel, voor op een heel nieuw leven aan de wal.’

Deelnemen aan de voorlichtingsdag kan alleen na aanmelding. Dat kan bij Lilian van Hiele, via e-mail info@steunpuntbinnenvaart.nl of telefonisch via 0620-112319. Aanmelden liefst zo snel mogelijk, maar uiterlijk vóór donderdag 4 oktober.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid.

Volg ons op Twitter en Facebook

RWS vervangt schuiven ‘kraan van Nederland’

DRIEL Rijkswaterstaat gaat de komende weken de eerste vizierschuif van het stuwcomplex in Driel vervangen. Deze werkzaamheden volgen op de vervanging van de eerste vizierschuif van het stuwcomplex in Amerongen de afgelopen maanden.

Rijkswaterstaat gaat de stuwcomplexen van Amerongen, Driel en Hagestein in de Nederrijn en Lek grootschalig renoveren. De zes te vervangen vizierschuiven hebben een diameter van 48 meter, een hoogte van 9 meter en wegen 270 ton. Rijkswaterstaat noemt stuw Driel ‘de kraan van Nederland’. Met het stuwcomplex wordt de verdeling van rivierwater over de Nederrijn en Lek en de IJssel geregeld. ‘Zo voorzien we het IJsselmeer, het grootste zoetwaterbekken van Nederland, van voldoende water. De rie stuwcomplexen zorgen samen voor voldoende waterpeil op deze rivieren dat nodig is voor een vlotte en veilige scheepvaart.’

Eind oktober klaar
Voordat de oude vizierschuif uit stuw Driel verwijderd kan worden, wordt een tijdelijk keermiddel geplaatst. Tijdens de werkzaamheden, die enkele weken duren, neemt het tijdelijk keermiddel de functie van de stuw in Driel, het keren van het water, over. Dat is belangrijk voor zowel voldoende zoetwatertoevoer via de IJssel naar het IJsselmeer, het grootste zoetwaterbekken van Nederland, als voor voldoende waterpeil voor de scheepvaart op de IJssel, Nederrijn en Lek.

Na het plaatsen van het tijdelijk keermiddel aan de binnenzijde van de noordelijke vizierschuif, wordt de oude vizierschuif, nadat hiervan de kabels zijn losgekoppeld, gedemonteerd en met een hijskraan in drie delen uit de betonnen constructie getild. Met dezelfde kraan wordt daarna de nieuwe vizierschuif ingehesen. Ook wordt de aandrijving van de vizierschuif in de machinekamer vervangen. Als de nieuwe vizierschuif weer functioneert, verwijdert RWS het tijdelijke keermiddel. Dat moet eind oktober gebeuren.

Gesloten
Het stuwkanaal van het stuwcomplex blijft tijdens de vervanging van een vizierschuif volledig gesloten voor alle scheepvaartverkeer. Scheepvaartverkeer maakt in deze periode gebruik van de naastgelegen sluis. Dit geldt ook in periodes van hogere waterstanden wanneer de vizierschuiven geopend zijn.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid.

Volg ons op Twitter en Facebook

Eerste gecertificeerde 3D geprinte schroef is klaar

ROTTERDAM Damen Shipyards heeft in het RAMLAB in Rotterdam voor het eerst in de wereld een schroef 3D laten printen. Deze door Bureau Veritas gecertificeerde WAAMpeller heeft een diameter van 1,35 meter en weegt 400 kilo.

De naam WAAMpeller slaat op het proces waarmee de schroef wordt geprint, het zogenoemde Wire Arc Additive Manufacturing (WAAM). Dat gebeurde in het RAMLAB (Rotterdam Additive Manufactoring Laboratorium) van het Innovation Dock op het voormalige RDM-terrein in Rotterdam. De geprinte schroef is gemaakt van een legering van nikkel, aluminium en brons (NAB) en is gebaseerd op een ontwerp van Promarin, een van de bedrijven waar Damen in het project mee samenwerkt. Het is de schroef die vrijwel altijd standaard wordt gemonteerd onder de Stan Tug 1606 van de scheepsbouwer. Andere deelnemers in het consortium zijn softwareleverancier Autodesk, voor het ontwerpen van de schroeven op de computer, en Bureau Veritas, het classificatiebureau dat de schroef certificeerde.

Tweede schroef
Nu de propeller is geprint, gaat Damen binnenkort een tweede schroef 3D printen. ‘We beginnen later deze maand met de productie van de tweede schroef’, vertelt Kees Custers als projectleider van het Damen’s Research & Development department. ‘Daarin passen we alles toe wat we bij de eerste schroef hebben geleerd. Deze tweede schroef willen we later dit jaar voor een van onze sleepboten gaan gebruiken. Onze ambitie is aan te tonen dat de onderzoeksfase voor 3D-printen in de maritieme sector voorbij is, en dat 3D-printing nu echt in de sector kan worden toegepast.’
Damen gaat er vanuit dat de 3D-printtechniek kan bijdragen aan verlaging van de bouwkosten van schepen. ‘Het WAAMpeller-project draagt bij aan dit doel omdat het niet alleen een belangrijke vooruitgang in 3D-printen betekent, maar het heeft ook de potentie om goede resultaten te behalen op het gebied van het optimaliseren van toekomstige scheepsontwerpen’, zegt hoofd onderzoek Don Hoogendoorn van Damen.

Studenten
De zoektocht naar de printmogelijkheden voor scheepsschroeven begon voor Damen ongeveer een jaar geleden. Het was het resultaat van een van de onderzoeksprogramma’s binnen het scheepsbouwconcern die door studenten werden gedaan. ‘Drie studenten van de Technische Universiteit Delft onderzochten voor ons de mogelijkheden voor het 3D-printen van scheepsonderdelen’, vervolgt Custers. ‘Wat vrij uniek is aan deze groep van vijf bedrijven is, dat er niet alleen een gezamenlijk belang is, maar dat de bedrijven ook individuele doelstellingen hebben. Dit leidt tot een zeer productieve en coöperatieve sfeer in dit zeer spannende project.’

Kilo per uur
Om metalen onderdelen te printen, beschikt het Innovation Dock van RAMLAB inmiddels over twee robots. Een van de opstellingen is vier bij drie meter groot waarmee bijvoorbeeld scheepsschroeven kunnen worden geprint. De andere robot kan over een rails van zes meter schuiven om bijvoorbeeld hijshaken te lassen. Met dit systeem kunnen objecten worden geprint met een omvang van meer dan een kubieke meter. De werking van de lasrobots is gebaseerd op de WAAM-techniek. dit is volgens RAMLAB-directeur Vincent Wegener tot nu toe de beste techniek om grote metalen objecten te printen. Bij WAAM wordt gebruik gemaakt van een elektrische vlamboog als warmtebron en staaldraad als grondstof. De lasrobot heeft een magazijn voor 250 kilo staaldraad. Op die manier kunnen met het grootste gemak objecten van twee bij twee meter worden geprint, meer dan voldoende dus voor de WAAMpeller. Met de kleine lasrobot wordt momenteel een snelheid behaald van een kilo metaal per uur. Het printen van de WAAMpeller neemt dus nog wel enige tijd in beslag. Bij de ingebruikname van de lasrobot noemde Wegener het ‘vooral een uitdaging om de software goed te krijgen’. Met verbeterde software zou het eindproduct voorspelbaar moeten worden, zodat het kan worden gecertificeerd.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid.

Volg ons op Twitter en Facebook

 

 

Opnieuw Kamervragen over containercongestie

DEN HAAG Tweede Kamerlid Martijn van Helvert (CDA) heeft demissionair minister Schultz van Infrastructuur en Milieu opnieuw vragen gesteld over de containercongestie bij de binnenvaart in de Rotterdamse haven. Hij stelde de vragen mede omdat de congestie nu de binnenvaart lading lijkt te gaan kosten.

Verladersorganisatie Evofenedex spreekt van forse vertragingen in de de aan- en afvoer van containers bij de binnenvaart. Hierdoor zouden verladers overwegen hun lading weer over de weg te laten vervoeren. Van Helvert wil weten of Schultz het probleem voor de binnenvaart al heeft geanalyseerd. ‘Is het probleem vooral gelegen in de havenlogistiek en de ketensamenwerking, of wordt de congestie veroorzaakt door het aanbod van zeerederijen die steeds groter wordt en zelden op tijd aankomt?’, vraagt het Kamerlid. Ook wil hij weten wat Schultz vindt van de conclusie van Evofenedex dat 70% van de betrokken Rotterdamse bedrijven overweegt hun goederen voortaan weer met een truck te laten vervoeren. ‘Welke economische schade voor Nederland zou dit met zich meebrengen en wat is de schade voor de binnenvaart?’
Ook wil de CDA’er van de minister horen wat haar concrete voornemens zijn om de logistieke problemen in de overslag van zee- naar binnenvaart in Rotterdam op te lossen.

Aan de markt
Op eerdere vragen van Tweede Kamerlid Rob Jetten (D66) antwoordde Schultz echter al dat ze voor de overheid geen rol ziet weggelegd in het oplossen van de containercongestie in de Rotterdamse haven. De Europese Binnenvaart Unie (EBU) vroeg zowel het Havenbedrijf Rotterdam als het ministerie een regierol te willen spelen om tot oplossingen te komen.

Volgens Schultz werken alle betrokken partijen inmiddels hard aan alternatieven en structurele oplossingen. Op de vraag van Jetten of de minister de handschoen wil oppakken en een regierol op zich wil nemen om de congestieproblemen zo snel mogelijk uit de wereld te helpen, antwoordde Schultz dat het Havenbedrijf Rotterdam al intensief in gesprek is met alle betrokken partijen en ze dit op de voet volgt. Zo wordt in de Rotterdamse haven al een (tijdelijke) hub gemaakt waar containers gebundeld kunnen worden, en ook bundelen volgens Schultz verschillende barge-operators en inland terminals van in het achterland al lading. ‘Daarnaast werkt Havenbedrijf Rotterdam samen met de betrokken partijen uit de sector aan alternatieven en structurele oplossingen. In augustus, na de zomervakantie, wordt hierover met alle betrokken partijen een congres georganiseerd. Ook zijn al enkele lange termijn oplossingen in voorbereiding, zoals NextLogic en de Container Exchange Route.’

Jaren praten
Op de vraag van Jetten hoe het toch kan dat er al jaren wordt gepraat en dat er nog steeds geen resultaat wordt geboekt in het oplossen van de congestie in de Rotterdamse haven, antwoordt Schultz dat ze zelf niet deelneemt aan deze overleggen. Ze vroeg het daarom na bij het Havenbedrijf Rotterdam en andere betrokken partijen. ‘Dat levert mij het beeld op dat wel degelijk bepaalde maatregelen worden getroffen of in voorbereiding zijn, waarmee verbetering bereikt kan worden. Zo wordt de beschikbare capaciteit beter benut door de mogelijkheid voor binnenvaartschepen om containers te lossen op een andere terminal, en de invoering van een minimum call size. Daarnaast wordt in het project Nextlogic gewerkt aan een verbetering van planning en optimalisering van de benutting van de capaciteit. Maar er wordt ook gewezen op de positie van de zeerederijen, die bij de optimalisatie van hun bedrijfsvoering minder oog zouden hebben voor de effecten op de andere schakels in de keten. Deze rederijen zijn onderdeel van een internationale, wereldwijde keten waar afhandeling in andere havens invloed en impact hebben op Rotterdam. Deze problematiek is vaak lastig te betrekken in het overleg.’

De oorzaken
De minister wijst als oorzaken voor de vertragingen die oplopen tot vijf dagen op meerdere oorzaken. ‘Naast de gevolgen van de cyberaanval op twee terminals, die enkele dagen gesloten waren, leidde vorige maand de invoering van nieuwe vaarschema’s tot langere wachttijden. Bovendien hebben lage waterstanden invloed op de capaciteit van de binnenvaart.’
Ook groeien volgens de minister de containervolumes sinds de zomer van vorig jaar weer stevig. ‘De groei blijft op een stabiel hoog niveau en gaat bovendien gepaard met grotere ‘call-sizes’ en een toename van transshipment volumes. Daarnaast is het effect merkbaar van personele beperkingen als gevolg van de zomervakantieperiode.’

45% blijft streven
Volgens de EBU staat door de congestie niet alleen het imago van de binnenvaart op het spel, maar ook het imago van Nederland en de Rotterdamse haven. Beiden hebben zich gecommitteerd aan het realiseren en behalen van bepaalde emissie doelstellingen, waardoor 45% van de containers in de haven via binnenschepen vervoerd zouden moeten worden. ‘Gezien de aanhoudende problematiek van congestie worden deze doelstellingen niet gehaald en vindt er een negatieve modal shift van de binnenvaart naar de weg plaats.’
Maar volgens Schultz is het streven om het aandeel van de binnenvaart in de totale afhandeling van containers te vergroten niet gewijzigd. Ook geeft ze toe dat de vertragingen niet alleen negatieve gevolgen hebben voor de reputatie van de binnenvaart, maar op de lange duur ook voor andere partijen in de logistieke keten. ‘Tegelijkertijd constateer ik dat de haven van Rotterdam al meer dan een jaar hard groeit, dat veel bedrijven zich er willen vestigen en dat de private investeringen op een hoog peil blijven.’

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid.

Volg ons op Twitter en Facebook

 

 

Vooruitzichten tankvaart ‘positief, maar uitdagend’

AMSTERDAM De vooruitzichten voor de binnentankvaart zijn positief, maar uitdagend. De hoeveelheid vervoerde olie(producten) blijft stabiel. Groei wordt verwacht in het vervoer van chemische producten, ook LNG is een groeimarkt, maar nog erg klein. Ook kan de tankvaart een rol spelen in het vervoer van duurzame alternatieven voor fossiele brandstoffen.

Volgens sector econoom Madeline Buijs van ABN-AMRO bepaalt een aantal sectoren de toekomst van de tankvaart. ‘De ontwikkeling van de olieprijs is belangrijk voor de tankvaart. Circa 55% van de vervoerde natte bulk is ruwe olie of olieproducten. De binnenvaart vervoert vooral de geraffineerde producten zoals stookolie, diesel en benzine. De olieprijs ontwikkelde zich de afgelopen jaren volatiel. Vooral de prijsdaling in 2014 valt op. De olieprijs ligt sinds begin 2015 op een veel lager niveau dan de jaren ervoor. We verwachten dan ook dat de komende jaren mondiaal nog meer olie wordt gebruikt. De tankvaart kan profiteren, al kan een tussentijdse schok op de oliemarkt of een verandering in de verwachtingen het vervoer wel beïnvloeden. Wanneer de verwachting is dat de toekomstige olieprijs hoger ligt, wordt olie opgeslagen om in de toekomst voor een hogere prijs te verkopen. Wanneer de verwachte olieprijs lager ligt, wordt olie eerder van de hand gedaan. Er wordt daarom met olie gespeculeerd door middel van het opbouwen van voorraden. Hoeveel olie op basis van speculatie wordt opgeslagen is lastig in te schatten.’

Olieprijs stijgt
Het Economisch Bureau van ABN AMRO verwacht dat de olieprijs in de periode 2017-2019 gaat stijgen. Voor 2017 wordt een gemiddelde olieprijs van USD 54 per vat verwacht. De prijs stijgt in 2018 naar verwachting naar USD 59 per vat en in 2019 naar USD 72 per vat. ‘De sterk groeiende mondiale vraag naar olie (vooral uit China) en het normaliseren van de marktbalans tussen vraag en aanbod zijn de belangrijkste oorzaken van de verwachte prijsstijging. De prijs is historisch gezien nog relatief laag. Dat is gunstig is voor de tankvaart, want hierdoor is het voor bedrijven goedkoper om olie te gebruiken en verwerken. Dit komt het vervoer ten goede. Wel is de forward-curve van de Brent olieprijs grotendeels in contango. Dit betekent dat de verwachte olieprijs met een levering in de toekomst hoger ligt dan de huidige olieprijs. Hierdoor zal er meer olie worden opgeslagen.’

Kansen
Ook de focus op duurzaamheid is van invloed op het vervoer van olieproducten door de tankvaart. ‘Zoals gezegd verwachten we dat het vervoer van olie(producten) de komende jaren nog niet afneemt. Maar naar verwachting wordt duurzame energie de komende jaren wel steeds belangrijker. Naast wind- en zonne-energie wordt er ook ingezet op biobrandstoffen, zoals bijvoorbeeld biodiesel. In het vervoer van deze stoffen kan de binnenvaart een rol spelen. In de toekomst blijven fossiele brandstoffen wel een rol spelen. Fossiele brandstoffen zijn in de chemie en in verschillende vormen van transport heel moeilijk en hooguit erg traag te vervangen.

ABN AMRO ziet het vervoer van chemische producten eveneens als een groeimarkt. De vooruitzichten van de chemische industrie zijn hiervoor relevant. Voor de chemische industrie wordt in 2017 een productiegroei van 3,1% verwacht en in 2018 een productiegroei van 3,2%. ‘Deze groei is gunstig voor de binnenvaart, want daardoor kunnen meer producten vervoerd worden. De chemische industrie in Nederland heeft wel last van toegenomen concurrentie. De uniekheid van de Nederlandse producten is de afgelopen jaren afgenomen. Daarnaast is er meer mondiale concurrentie, omdat in andere landen chemische producten tegen lagere kosten geproduceerd kunnen worden. Voordeel voor de binnenvaart is dat de mondiale producten uiteindelijk ook naar de eindconsument in het achterland vervoerd moeten worden, via de grote Europese havens. De tankvaart is uitermate geschikt om deze rol te vervullen. Zeker ook omdat er veel verzet is tegen het vervoer van gevaarlijke stoffen via het spoor. De verwachting is daarom dat de tankvaart de komende jaren meer chemische producten zal vervoeren.’

In de kinderschoenen
Ook het vervoer van LNG kan in de toekomst een groeimarkt zijn voor de binnentankvaart. Het is nu echter nog een kleine markt. In Rotterdam bedroeg in 2016 0,8% van de overslag van natte bulk LNG. Maar dat kan volgens ABN-AMRO veranderen. ‘Geïmporteerd aardgas wordt traditiegetrouw vooral via pijpleidingen vervoerd uit onder andere Rusland en Noorwegen. Door een oplopend prijsverschil wordt LNG uit de Verenigde Staten (VS) steeds goedkoper en wordt de import van LNG uit de VS concurrerend met LNG uit Noorwegen en Rusland. LNG uit de VS wordt met zeeschepen vervoerd naar de grote havens in Europa. LNG kan in de toekomst steeds belangrijk worden, als vervanging van bijvoorbeeld benzine. De LNG-terminal in Rotterdam kan nog sterk groeien en tegelijkertijd is de gasproductie in Groningen verminderd. Ook bestaat de wens om minder gas uit Rusland te importeren, waardoor LNG als alternatief wordt gezien.’

Het Economisch Bureau van ABN AMRO verwacht echter dat de prijs van gas uit de VS weer gaat stijgen. ‘Het zal dus erg afhangen van het verschil in gasprijs of het interessant blijft om LNG uit de VS te importeren.’ (Bron grafieken: CBS)

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid.

Volg ons op Twitter en Facebook