ROTTERDAM De maritieme sector, verenigd in Nederland Maritiem Land (NML), heeft de fractievoorzitters en Tweede Kamerleden haar speerpunten voor de komende jaren aangeboden. NML vraagt aandacht en steun bij verduurzaming en vergroening, het versterken van kennis- en innovatiekracht, een wereldwijd gelijk speelveld en één centraal aanspreekpunt bij de overheid voor alle maritieme zaken. ‘Deze punten zijn cruciaal voor het behoud van een gezonde maritieme sector in Nederland.’
Voor de verdere vergroening van de Nederlandse binnen- en zeevaart is over een periode van vier jaar en bedrag van 1,4 miljard euro nodig. Omdat de markt echter niet bereid is hogere tarieven te betalen om de investeringen mogelijk te maken, en banken terughoudend zijn met het verstrekken van kapitaal, vraagt NML om steun van de overheid.
Hoewel de binnenvaart een tot wel drie keer zo lagere CO2-uitstoot heeft dan het wegvervoer, kan de binnenvaart nog ongeveer 45% klimaat-neutraler worden. Hiermee zou de uitstoot van het hele binnenlandse goederenvervoer met 15% dalen. De binnenvaart is bereid om te gaan vergroenen, maar kan dat niet alleen. Daarom wordt een bijdrage van de Rijksoverheid gevraagd.
De zeevaart staat zo mogelijk voor een nog grotere opgave om te vergroenen. NML spreekt van ‘een geweldige milieu-opgave’ om stap voor stap duurzamer te worden en in 2050 te kunnen varen met emissieloze schepen. ‘Dit vergt voor de korte en langere termijn investeringen in alle varende en nog te bouwen schepen. Voor de zeevaart geldt echter dat sinds het uitbreken van de crisis in 2008, nog geen sprake is van duurzaam herstel. Ook de olie- en gassector werd na de val van de olieprijs hard getroffen. Hierdoor is voor veel verladers de markt slecht. Zij zijn niet bereid om voor groene schepen een hogere vergoeding te betalen. En banken zijn terughoudend bij de financiering van milieu-investeringen. Zij financierden de afgelopen jaren de verliezen van de reders met nieuw krediet, maar dat heeft zijn grens bereikt.’
Kennis- en innovatiekracht
Om te kunnen verduurzamen is volgens NML meer kennis en innovatie nodig. Voor het versterken van de kennis- en innovatiekracht is over een periode van vier jaar 425 miljoen euro nodig. Want terwijl de sector zelf veel investeert, blijft de overheid achter. ‘We pleiten daarom voor een overheidsimpuls voor de maritieme projecten, versterking van zowel fundamenteel als toegepast onderzoek, investering in onze faciliteiten, een overheid als launching customer van innovatieve concepten en een driejarige verlenging van de Subsidieregeling Duurzame Scheepsbouw (SDS).’
Dit alles kan wat betreft NML echter alleen met goed en gemotiveerd personeel. De overheid zou daarom meer moeten investeren in technisch onderwijs en helpen bij het realiseren van extra stageplaatsen. Zo zijn stageplaatsen op zee 20.000 euro duurder dan een reguliere stage aan de wal. De overheid zou daarom reders een tijdelijke financiële tegemoetkoming moeten geven en onderzoek moeten doen naar de mogelijkheid om meer simulatortijd in te zetten in het maritiem onderwijs.
NML pleit tevens voor een Maritiem Leer- en Ontwikkelcentrum waar werknemers worden geholpen duurzaam inzetbaar te blijven. ‘En met flexibele opleidingstrajecten (modulair, bredere basisopleiding en andere leerprocesvormen) kan sneller worden meebewogen met marktontwikkelingen en blijft het kennisniveau van werknemers op peil. Dit vraagt om een flexibele overheid, waarvan de beleids- en financiële ondersteuning aansluit bij onze sterk wisselende opleidings- en arbeidsmarkt onder meer met tijdelijke extra loonkostentegemoetkoming voor Nederlandse zeevarenden.’
Gelijk speelveld
Om de innovatie en verduurzaming te kunnen vermarkten, moet de internationale concurrentiepositie van de maritieme sector worden versterkt. Daarvoor zijn concurrerende handelsvoorwaarden nodig, die aansluiten bij de internationale norm. Deze mogen wat betreft NML niet worden verstoord door nationale en regionale regelgeving. ‘We pleiten bovendien voor meer exportkrediet en vertrouwen op de goede exportpromotie van onze mooie maritieme sector. Maar ook in eigen land moeten we investeren. De Nederlandse zeehavens ervaren een ongelijk speelveld met onze buurlanden. Daarom is een gerichte rijksbijdrage nodig om onze concurrentiepositie te herstellen. Dat kan met een havenstructuurfonds, om te investeren in een toekomstgerichte structuurversterking. Een haveneconomie is echter ook sterk afhankelijk van goede bereikbaarheid van het logistieke achterland. We pleiten daarom voor een overheid, die bereid is om tijdig en strategisch te investeren in noodzakelijke goederenverbindingen voor alle modaliteiten.
Voor een gelijk speelveld, goede handel en concurrerende voorwaarden is volgens NML 500 miljoen per jaar nodig.
Maritieme autoriteit
Randvoorwaarde voor het bereiken van alle speerpunten is dat de maritieme sector een vaste gesprekspartner bij de overheid krijgt, een Maritieme Autoriteit. Nu ligt het beleid, uitvoering en handhaving nog bij verschillende overheidsorganisaties. Dat belemmert volgens NML de slagkracht en effectiviteit van het beleid ernstig. ‘Door de fysieke scheiding van deze schakels en de achtereenvolgende bezuinigingsrondes, heeft de maritieme sector in Nederland te maken met afkalving van ons eens zo succesvolle maritieme overheidsoptreden. Daarbij ontbreekt het ook aan voldoende vakinhoudelijke gesprekspartners. Daarom pleiten we voor één directeur-generaal Maritieme Zaken, ondersteund door een deskundig team met voldoende capaciteit. Deze kan worden ondergebracht bij het Ministerie van Infrastructuur en Milieu.’
Verder is behoefte aan een concurrerend Nederlands Schepenregister dat klant- en marktgericht opereert. NML noemt daarbij de bouw van superjachten als een van de kansrijke deelsectoren. ‘We moeten niet alleen gericht zijn op behoud van onze internationale concurrentiepositie, maar nadrukkelijk ook op de uitbreiding daarvan. Meer schepen varend onder Nederlandse vlag, betekent immers meer inkomsten voor Nederland.’
Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid.
Volg ons op Twitter en Facebook