Categorie archieven: nieuws

Het eerste vrachtschip op waterstof ter wereld

PARIJS Het Europese innovatieproject Flagships komt volgens eigen zeggen dit jaar met het eerste commerciële vrachtschip op waterstof. Het schip wordt ingezet op de Seine in Parijs. De commerciële activiteiten beginnen in 2021.

Dit schip op waterstof wordt eigendom zijn van het Compagnie Fluvial de Transport (CFT), een dochteronderneming van de Sogestran Group. Het bedrijf ontwikkelt momenteel een nieuw bedrijf voor stadsdistributie met transportschepen in de omgeving van Parijs. ‘De vraag naar duurzamere technologieën in de binnenvaart neemt toe’, zegt Matthieu Blanc, directeur van CFT. ‘Als onderdeel van het Flagships-project zijn we blij dat we het voortouw nemen bij het verminderen van de uitstoot van transport en het demonstreren van de superieure eigenschappen van waterstofbrandstofcellen.’

Geen duwboot
Het Flagships-project ontving in 2018 een financiering van 5 miljoen euro van het EU-onderzoeks- en innovatieprogramma Horizon 2020, in het kader van de gemeenschappelijke onderneming Fuel Cells and Hydrogen (FCH JU), om twee waterstofschepen in Frankrijk en Noorwegen in te zetten. Het oorspronkelijke plan van het project was om een duwboot op waterstof in de omgeving van Lyon in te zetten, maar toen het bredere potentieel voor waterstof in het vrachtvervoer naar voren kwam, werd de demo-duwboot veranderd in een binnenvaartvrachtschip. Het nieuwe schip krijgt de taak om goederen op pallets en in containers langs de rivier de Seine te vervoeren. De focusverschuiving is gebaseerd op de ervaring van Sogestran Group opgedaan in België, waar Blue Line Logistics (BLL), een andere dochteronderneming van de Sogestran Group, drie vrachtschepen exploiteert die varen onder de conceptnaam Zulu. Er is ook een Zulu-schip in Parijs in gebruik genomen, en momenteel zijn er nog twee Zulu-schepen in aanbouw voor dezelfde markt. Het Flagships-project zal een waterstofstroomopwekkingssysteem installeren op een van de nieuwbouwschepen, die gepland staat voor oplevering in september 2021. Blue Line Logistics is van plan om het schip voor eind 2021 op waterstof te laten varen.

‘Substantiële bijdrage’
Volgens Flagships projectcoördinator Jyrki Mikkola van het Finse VTT Technical Research Centre is groene en duurzame scheepvaart een voorwaarde om nationale en internationale doelstellingen voor het verminderen van emissies te halen. ‘Schepen die worden aangedreven door hernieuwbare waterstof zullen een substantiële bijdrage leveren aan het verminderen van emissies door de scheepvaart en het verbeteren van de luchtkwaliteit in steden en andere dichtbevolkte gebieden. Waterstof wint terrein Zowel de EU als de scheepvaartsector zien waterstof als een belangrijke bijdrage aan de inspanningen om de klimaatverandering te beperken.’

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

Vergroening versnelt afname kleine schepen

ROTTERDAM Door de noodzakelijke vergroening van de binnenvaart versnelt de jarenlange afname van schepen kleiner dan 86 meter. Hierdoor ontstaat volgens de Rabobank dan mogelijk de maatschappelijk ongewenste situatie van een reverse modal shift. ‘De lading die deze schepen vervoeren, wordt dan niet meer over het water, maar over bijvoorbeeld de weg vervoert. Dat zorgt voor extra drukte op onze wegen.’

De maatschappelijke trend van vergroenen heeft dus invloed op de omvang en samenstelling van de binnenvaartvloot. Ondernemers in de binnenvaart krijgen namelijk de komende jaren te maken met maatschappelijke druk en wet- en regelgeving op het gebied van verduurzaming. Zo moeten ondernemers investeren in nieuwe, duurdere en schonere motoren (Stage V) of nabehandelingsinstallaties om de uitstoot van hun schepen te verminderen. Maar die opties zijn veel duurder dan de nu gangbare motoren van schepen. ‘Op basis van eigen onderzoek verwachten we dat een groot deel van de binnenvaartvloot niet in staat is om deze investeringen zelfstandig te doen’, meldt Sectormanager Binnenvaart Marco van Beek van de Rabobank in een update over de binnenvaartmarkt. ‘Nationale of Europese ondersteuning is dan nodig, want het is duidelijk dat verduurzamen veel geld kost.’
Maar investeren in een nieuwe motor zal ook dan nog niet voor elke ondernemer haalbaar zijn. Volgens Van Beek hebben vooral de oudere en kleinere schepen in de vloot minder mogelijkheden om te investeren in verduurzaming. ‘Het vermogen van de ondernemers is in veel gevallen te beperkt en financiers zijn mede daardoor terughoudend.’

Groot heeft de toekomst
De vloot van schepen die groter dan 86 meter zijn, lijkt volgens Van Beek de beste kaarten voor de toekomst te hebben. ‘In dit segment van de markt zien we de meeste nieuwbouw van schepen en investeren in nieuwe motoren is voor bestaande schepen nog haalbaar. Verder verwachten we dat de toename in het aantal eigenaren van meerdere schepen versnelt. Daarmee versnelt ook de afname van het aantal eigenaren met één schip. Ondernemers met meerdere schepen kunnen vaak investeren om te blijven voldoen aan de nieuwste eisen. Ook zien we dat deze ondernemingen vaker opdrachtgevers voor langere tijd aan zich binden.’

Milieulabel
De Rabobank verwacht ook dat ook de invoering van het milieulabel voor de binnenvaart als onderdeel van de Green Deal Binnenvaart dit jaar impact heeft op de sector. ‘Door dit label worden de verschillen in emissies tussen schepen op een objectieve manier zichtbaar. Partijen zoals havenbedrijven, verladers en banken laten dit milieulabel meewegen in bijvoorbeeld toegang tot vaarwegen, contracten of financiering. Ook op de langere termijn is de Green Deal van de Europese Commissie voor de sector relevant. Een ambitie uit de Europese Green Deal is namelijk om het vervoer over water met 25% te laten stijgen. Daardoor ontstaan er mogelijkheden voor bedrijven die zich onderscheiden op het gebied van duurzaamheid.’

Vaarwegen groter
De Rabobank verwacht verder voor de komende tijd dat net als de afgelopen jaren aanpassingen aan vaarwegen worden gedaan waardoor grotere schepen nieuwe locaties kunnen bereiken. ‘Daardoor krijgen kleinere schepen meer concurrentie en verliezen zij marktaandeel. Door de samenwerking op te zoeken met andere ondernemers in bijvoorbeeld een coöperatie is een manier om deze concurrentie tegen te gaan.’
Aanpassingen aan de vaarwegen zijn volgens de Rabobank nodig voor een betrouwbare binnenvaart. ‘De levensader voor de binnenvaart is de Rijn met ongeveer 70% van het ladingvolume. Maar de betrouwbaarheid van de Rijn is door recente lage waterstanden niet vanzelfsprekend. Ook voor de lange termijn zijn er veel zorgen over voldoende water in de rivier. Verladers en partijen voor wie betrouwbaarheid erg belangrijk is, kiezen inmiddels al voor vervoer per spoor naast vervoer over water.’ (Foto Erik van Huizen)

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

 

2,5 miljoen voor modal shift naar water en spoor

DEN HAAG Demissionair minister Van Nieuwenhuizen en staatssecretaris Van Veldhoven trekken 2,5 miljoen euro uit om ondernemers in de logistiek te helpen om de verplaatsing van het goederenvervoer naar water en spoor mogelijk te maken. Logistieke bedrijven die kleine of middelgrote transporten verzorgen, komen in aanmerking voor financiële steun als ze ladingen bundelen.

Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat zet de komende jaren samen met de provincies, de Topsector Logistiek en de Logistieke Alliantie in op een modal shift. Voor de periode 2020-2024 willen de betrokken partijen op de corridors Rotterdam-Venlo en Rotterdam-Arnhem/Nijmegen dagelijks 2.000 containers van de weg te ‘shiften’ naar de binnenvaart. Dat betekent dagelijks 1.000 vrachtwagens minder op de weg. Meer vervoer van goederen via water en spoor in plaats van de weg is belangrijk omdat door de grootschalige vervangings- en renovatieopgave van Rijkswaterstaat de druk op het wegennet zal toenemen. Rijkswaterstaat vervangt of renoveert de komende jaren meer dan 100 bruggen, tunnels, sluizen en viaducten.

Lef nodig
‘We moeten onze wegen ontlasten en industrie en havencomplexen moeten bereikbaar blijven’, meldt minister Van Nieuwenhuizen. ‘Dat is geen wens maar noodzaak. Met deze regeling kunnen we minstens 1000 vrachtwagens per dag van de weg halen. En niet onbelangrijk: dit is een steuntje in de rug voor ondernemers zodat ze de shift ook echt kunnen maken.’
Volgens staatssecretaris van Veldhoven is voor het maken van de overstap van weg naar water of spoor ‘lef nodig’. ‘Het vraagt van ondernemers een andere manier van denken, want natuurlijk gaat vervoer per boot of trein anders dan via een vrachtwagen. Maar het is noodzakelijk dat we de omslag maken om de transportsector te verduurzamen.’

Aanvraag
Ondernemers die werk willen maken van een modal shift kunnen vanaf 1 april 2021 een aanvraag indienen met een maximum van 500.000 euro per project. Daarvoor is nodig dat ze met een concreet voorstel komen hoe ze goederen willen verplaatsen van weg naar water of spoor. Voor ondernemers die hun transport willen verplaatsen naar het water geldt dat ze actief moeten zijn op de route tussen de Rotterdamse haven en Duitsland, via de regio’s Arnhem-Nijmegen en Venlo. Hiervoor is een totaalbedrag van 1,5 miljoen euro beschikbaar. Voorstellen voor een shift van vrachtwagen naar trein komen door heel Nederland in aanmerking voor de regeling. De pot voor deze overstap is 1 miljoen euro. Aanvragen kunnen tot uiterlijk 1 september 2021 worden ingediend bij uitvoeringsorganisatie Connekt.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

 

Opnieuw dreigt catastrofe voor passagiersvaart

DUISBURG Een tweede catastrofale seizoen op rij dreigt voor de passagiersvaart nu Duitsland de lockdown vanwege de Covid-19 pandemie in ieder geval tot en met 18 april heeft verlengd. Het besluit maakte volgens het Bundesverband der Deutschen Binnenschifffahrt (BDB) een einde aan de hoop van de rederijen dat ze toch nog op tijd aan het seizoen zouden kunnen beginnen.

Het BDB vroeg in de federale en deelstaatregeringen nog wel dringend om de passagiersvaart een concreet openingsperspectief te bieden. Met afstands- en hygiëneconcepten kunnen de rederijen volgens het BDB de gasten veilig aan boord laten verblijven. Maar dat perspectief kwam er niet. ‘Het gebrek aan perspectief om te starten, betekent dat de passagiersvaart voor het tweede jaar op rij met grote economische moeilijkheden kampt’, vertelt Achim Schloemer van het BDB. ‘In 2020 konden de reizen pas tussen begin en eind mei worden hervat. Deze gederfde omzet kon in de rest van het seizoen niet worden ingehaald. Daardoor teerden de bedrijven in op hun kapitaal. Als het seizoen 2021 net zo slecht gaat als het vorige, dreigen veel bedrijven in een situatie terecht te komen die hun bestaan bedreigt. We herhalen daarom onze dringende oproep aan de federale regering om eindelijk met een op maat gemaakt hulpprogramma voor de passagiersvaart te komen.’

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

Binnenvaart vervoert minder droge bulk over de grens

DEN HAAG In 2020 heeft de binnenvaart 349 miljoen ton goederen vervoerd. Dat is 2,3 procent minder dan in het jaar daarvoor. Deze daling kwam geheel door het internationaal vervoerde gewicht, dat met 4,1 procent daalde. Het binnenlands vervoerd gewicht door binnenvaartschepen nam licht toe. Dat meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers.

Het internationaal vervoerde gewicht door binnenvaartschepen daalde in 2020 vooral bij het transport van droge bulk, zoals kolen en ijzererts (8,6 procent). Het internationale vervoer van natte bulkgoederen nam met 1,7 procent toe. De daling van het internationaal vervoerde gewicht werd veroorzaakt door afgenomen afvoer en doorvoer, de aanvoer vanuit het buitenland nam wel toe.

Minder kolen en erts
Binnenvaartschepen vervoerden in 2020 bijna 116 miljoen ton vanuit ons land naar een buitenlandse bestemming. Dit is een daling van 6,5 procent in vergelijking met een jaar eerder. Naar België, de tweede buitenlandse bestemming, steeg het vervoerd gewicht weliswaar nog met 6,1 procent, maar naar Duitsland werd minder vervoerd.

De afvoer van goederen vanuit Nederland naar Duitsland daalde in 2020 met 14,3 procent naar 61 miljoen ton. Er werd vooral minder kolen en metaalerts door de binnenvaart naar Duitsland vervoerd: het transport van kolen daalde met bijna 19,5 procent, de hoeveelheid metaalerts lag 12,7 procent lager dan in 2019. Het vervoer van kolen naar Duitsland door binnenvaartschepen neemt al jaren af. Vanaf 2013 nam het vervoer van kolen vanuit ons land naar Duitsland met 44,9 procent af, tot 16 miljoen ton in 2020.

Vanuit Rotterdam
In 2020 was van alle in Nederland op binnenvaartschepen geladen en geloste goederen 49,1 procent afkomstig uit het Rotterdamse havengebied. De totale overslag van goederen door binnenvaartschepen in het Rotterdamse havengebied daalde tot 150 miljoen ton, 0,9 procent minder dan een jaar eerder. De afvoer vanuit Rotterdam (binnen Nederland en naar het buitenland) nam met 4,7 procent af ten opzichte van 2019. De hoeveelheid goederen die door binnenvaartschepen naar Rotterdam werd vervoerd nam toe met 8,3 procent.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

‘Verstoringen in zeehavens frustreren binnenvaart’

ROTTERDAM De afgelopen periode is er volgens het Centraal Bureau voor Rijn- de Binnenvaart (CBRB) in een toenemende mate sprake van hinder door de verschuivende Cargo Opening Times (COT) en Cargo Closing Times (CCT), het moment waarbinnen containers kunnen worden aangeleverd voor export op de zeehaventerminals, in de havens van Rotterdam en Antwerpen. Het effect zorgt niet alleen voor verstoorde planningen, maar ook voor frustratie tussen achterlandvervoerders en hun opdrachtgevers.

Waar de reactie van opdrachtgevers in de richting van de achterlandvervoerders in eerste instantie logisch lijkt, ligt de daadwerkelijke oorzaak en daarmee ook de invloed op het effect volgens het CBRB bij een andere schakel binnen de logistieke keten. ‘Het steeds grilligere patroon in de aankomsten van de zeeschepen, momenteel vaart minder dan de helft van de mondiale containerlijnvaart volgens schema, in combinatie met de trend in vernauwing van de COT en CCT, door ruimtegebrek bij de zeehaventerminals, dragen in belangrijke mate bij aan het ontstaan van de huidige problematiek.’

COT en CCT
De COT en CCT vinden hun oorsprong in de schaalvergroting en daarmee ook de grotere callsizes bij de zeeschepen. De CCT is vooral bedoeld om op enig moment voorafgaand aan de aankomst van het zeeschip alle geboekte containers (zowel fysiek als administratief in orde) op de zeehaventerminal binnen te hebben. De COT is juist bedoeld om te voorkomen dat er vroegtijdig al grote hoeveelheden containers bestemd voor de export op de zeehaventerminal worden aangeleverd, met het gevaar op onder andere overbelaste stacks en het vastlopen van de terminal. Voor aanvang van de COT worden containers niet aangenomen door de zeehaventerminal. Dat geldt ook voor containers die al onderweg zijn vanaf het achterland en bij aankomst in de zeehaven worden geconfronteerd met een aangepaste COT en CCT.

ETA
Leidende factor voor deze twee timestamps is de Estimated Time of Arrival (ETA) van het zeeschip. Echter, zodra de ETA van het zeeschip wijzigt of de boeking door de rederij wordt doorgeschoven naar een volgende afvaart (rollover), heeft dit in veel gevallen ook effect op de eerder bepaalde en inmiddels in de keten gecommuniceerde COT en CCT van de boeking. Met name door de aanhoudende schaalvergroting in combinatie met het grillige patroon in de Actual Time of Arrival van de zeeschepen is het effect van een vertraagde en/of een gewijzigde rotatie van het zeeschip op het onderliggende proces steeds duidelijker zichtbaar geworden. Dit onderstreept het belang van correcte en geactualiseerde informatie tussen en het nemen van verantwoordelijkheden door de juiste partijen in de logistieke keten.

Informeren
Een belangrijke rol in de informatiestroom rond de ETA, de COT en de CCT is weggelegd voor de partij die de exportboeking bij de rederij heeft geplaatst, veelal verladers of expediteurs. In de in het najaar van 2019 gepubliceerde guideline containerbinnenvaart is reeds aandacht besteed aan de specifieke rol van deze partijen en het informeren van de achterlandvervoerders over wijzigingen die optreden in de planning van hun containers. Het vervoer per achterlandmodaliteit is feitelijk een afgeleide van de exportboeking en de daaraan gekoppelde parameters, de achterlandvervoerder heeft verder geen directe invloed op deze randvoorwaarden.

Op de hoogte
Bij een aanpassing van de ETA van het zeeschip of in geval van een doorgeschoven exportboeking is het van belang dat de verlader of expediteur zich primair via de rederij op de hoogte laat stellen van de wijziging en de gevolgen. Vervolgens dienen de verlader of de expediteur er zorg voor te dragen dat de actuele informatie bij de achterlandvervoerder terecht komt, zodat ook zij tijdig kunnen anticiperen op de veranderende omstandigheden. In het geval van achterlandvervoer zijn de actuele COT en CCT voor een exportboeking vervolgens bepalend of de container wel of niet kan vertrekken richting de zeehaven.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

ACM tevreden over planningscriteria ECT voor binnenvaart

ROTTERDAM ECT heeft de criteria voor de planning van binnenvaartschepen zodanig verbeterd dat de Autoriteit Consument & Markt (ACM) tevreden is. Door de nieuwe planningscriteria weten binnenvaartondernemers die containers richting het achterland vervoeren op welke manier de planning tot stand komt en aan welke eisen zij moeten voldoen om prioriteit te krijgen.

In 2018 kwam het beeld naar voren dat ECT bij het plannen van het laden en lossen van binnenvaartschepen soms gelijke gevallen niet gelijk zou behandelen. Daarnaast bleek het voor sommige binnenvaartschippers niet duidelijk aan welke eisen zij moesten voldoen om prioriteit te krijgen binnen het planningssysteem van ECT. De ACM zag daardoor concurrentierisico’s. ‘De nu gebruikte planningscriteria van ECT zijn objectief, redelijk, niet discriminerend en transparant voor alle binnenvaartondernemers.’

Nextlogic
In de loop van 2021 gaan bedrijven in de Rotterdamse haven waarschijnlijk Nextlogic gebruiken. Nextlogic is een online planningssysteem voor de afhandeling van binnenvaartschepen waar verschillende diepzeecontainerterminals, vervoerders en andere dienstverleners bij zijn aangesloten. Met de introductie van Nextlogic zal een groot deel van de binnenvaartschepen niet langer door individuele containerterminals worden ingepland, maar gebeurt dit centraal. De ACM blijft ook die ontwikkeling in de Rotterdamse haven volgen.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

 

CoVadem nu op Stentec navigatieprogramma

AMSTERDAM De CoVadem Smart Navigation-module is nu ook beschikbaar voor schippers die varen met WinGPS Inland Navigation, het navigatieprogramma van Stentec. Zij profiteren daarmee in hun elektronische vaarkaart van actuele informatie over de waterdieptes op de Waal en de Rijn.

Stentec is de derde leverancier die de Smart Navigation-module heeft opgenomen in zijn Inland ECDIS-viewer. Periskal en Tresco Engineering bieden die optie sinds het najaar van 2020 aan. Smart Navigation maakt de actuele waterdiepten ter plekke zichtbaar in de Inland ECDIS-viewer in het stuurhuis.
CoVadem brengt dit in kaart met een varend meetnet van schepen. De gegevens van de dieptemeters van inmiddels meer dan 250 schepen worden centraal verwerkt, geanalyseerd en verrijkt. De informatie die zo ontstaat, ontvangen schippers via een dagelijkse update van de dieptedata aan boord, gevisualiseerd in de vaarkaart.

‘Voor het afsluiten van het abonnement hoeft een scheepseigenaar niet actief mee te doen met ons varend meetnet’, zegt Henk van Laar van CoVadem Services. ‘Het schip hoeft zelfs niet over een dieptemeter of beladingsmeter te beschikken. Je kunt ook alleen de waterkaart afnemen. Die informatie komt dan rechtstreeks in de elektronische vaarkaart in het stuurhuis.’

Welkome aanvulling
Het Nederlandse bedrijf Stentec in het Friese Heeg, begon in 1999 met het maken van navigatiesoftware. Eerst voor de recreatievaart maar sinds vier jaar heeft Stentec met WinGPS Inland Navigation ook een oplossing voor de beroepsvaart. Het aantal klanten in die doelgroep groeit.

Smart Navigation kan die ontwikkeling versterken, want de module is een welkome aanvulling, vertelt directeur Sime Baricevic. ‘Klanten vragen erom. Helemaal als ze veel varen in gebieden waar droogte regelmatig aan de orde is. Niet alleen om veiliger te varen, maar ook om te weten of ze nog extra tonnen of een extra container kunnen laden. We hebben nu voorspellingen van waterstanden in onze software verwerkt, gecombineerd met de data van CoVadem. Onze klanten kunnen in de nieuwste versie vijf dagen vooruit de voorspellingen bekijken. En we werken ook aan nieuwe functies op het gebied van CO2-reductie en brandstofverbruik. Net als CoVadem. Op onderdelen daarvan kunnen we vast ook van elkaar leren. Dan versterken we samen de innovatie van onze diensten en producten.’

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

Directeur CBRB Robert Kasteel met pensioen

ROTTERDAM CBRB-directeur Robert Kasteel legt per 1 april zijn taken neer en gaat met pensioen. Kasteel werd in 2013 directeur van het CBRB, daarvoor was hij directeur van binnentankvaartrederij Vopak/Interstream Barging.

Kasteel blijft overigens wel adviseur van het CBRB en neemt twee belangrijke dossiers onder zijn hoede; de verkenning/voorgenomen fusie met Koninklijke BLN-Schuttevaer en milieu- en vergroeningsdossier inclusief de Green Deal. Het algemeen bestuur van het CBRB begrijpt de keuze van Robert Kasteel om zijn functie neer te leggen, maar is ook zeer verheugd dat de kennis en kunde op de twee belangrijke dossiers worden gewaarborgd.

Het CBRB-bestuur heeft besloten, gelet op de voorgenomen fusie met Koninklijk BLN-Schuttevaer (nog) geen nieuwe directeur aan te stellen. In de nabije toekomst wordt op zoek gegaan naar een kandidaat die leiding gaat geven aan deze nieuw op te zetten organisatie.
Voor de continuïteit bij het CBRB worden de directiewerkzaamheden verdeeld tussen de voorzitter, adjunct-directeur en enkele medewerkers. Gezien de huidige omstandigheden zal er op een later tijdstip op gepaste wijze afscheid worden genomen van Robert door bestuur, medewerkers, leden en andere stakeholders.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

Miljoenen voor maritieme innovaties

DEN HAAG De R&D-regeling voor de maritieme, automotive en luchtvaartsector is een feit. De ministerraad stemde onlangs in met een regeling van 150 miljoen euro voor innovatieve projecten in deze sectoren.

De regeling is bedoeld als cofinanciering voor bedrijven die willen investeren in onderzoek en ontwikkeling, gekoppeld aan verduurzaming en digitalisering. Voor de maritieme sector betekent dit dat er door kennisontwikkeling nieuwe innovaties komen voor de volgende stap naar een emissieloze maritieme sector.

Investeren in de ontwikkeling en toepassing van nieuwe technologieën is volgens Nederland Maritiem Land nodig om ervoor te zorgen dat Nederlandse schepen binnen afzienbare tijd hun uitstoot significant kunnen reduceren en emissieloos, binnen de nationale en internationale doelstelling, kunnen gaan varen. Want de technische uitdagingen in de maritieme energietransitie zijn groot; de benodigde vermogens voor schepen zijn zeer hoog (vele megawatts) en het noodzakelijke bereik zeer groot (vele dagen tot weken). De systemen voor dit soort hoge vermogens zijn nog in ontwikkeling en gebruiken brandstoffen die nog niet breed beschikbaar noch toepasbaar zijn.

Maritiem masterplan
De maritieme sector stelde onder de vlag van de maritieme koepel Nederland Maritiem Land eerder al een masterplan op. Doel is om na de coronacrisis duurzaam het verschil te maken. Concreet betekent dit dat wordt ingezet op samenwerking in de gehele keten en op launching customership van de overheid. De verschillende ontwikkeltrajecten moeten leiden tot rendabele en werkbare oplossingen die worden toegepast voor ten minste 30 emissieloze en digitale schepen in 2030 en daarna door de markt zelf breed worden opgepakt. Het door de overheid beschikbaar gestelde budget voor de R&D-regeling maakt het mogelijk dat bedrijven ook daadwerkelijk kunnen starten met de ontwikkeling van nieuwe technieken. Gedacht moet worden aan offshore en werkschepen, passagiersschepen, droge ladingschepen, tankers en uiteraard schepen voor de overheidsvloot.

Sector is enthousiast
De maritieme sector sprak begin maart via een webinar met haar brede achterban gesproken en opgeroepen om mee te doen. De R&D-regeling voorziet namelijk deels in de cofinanciering van het onderzoek en de ontwikkelingen die nodig zijn voor de realisatie van het masterplan en die daarvan ook integraal deel uitmaken. ‘Om het Masterplan succesvol te kunnen uitvoeren, is het essentieel om samen te werken en op korte termijn consortia te vormen om met voldragen projectvoorstellen te komen’, zo benadrukt Rob Verkerk, voorzitter van Nederland Maritiem Land. ‘Er komen nu al tientallen mails binnen van partijen die mee willen doen. Het enthousiasme van de sector is groot en laat zien dat de Nederlandse maritieme sector de blik heeft gericht op een schone toekomst.’

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.