Binnenvaarttanker Vlaardingen opent verbrede Breeddiep

ROTTERDAM De binnenvaarttanker Vlaardingen van de Verenigde Tankrederij (VT) heeft woensdag 7 december officieel het verbrede Breeddiep geopend. De vaarweg tussen het Calandkanaal en de Nieuwe Waterweg is een belangrijke verbinding voor de binnenvaart in Rotterdam. De breedte nam toe van 75 tot 350 meter.

De verbreding komt tegemoet aan de wens van de binnenvaart om de doorvaartcapaciteit van en naar de Maasvlakte te vergroten. De verbreding duurde tien maanden. Tijdens de werkzaamheden kon de binnenvaart gewoon gebruik blijven maken van de passage. De verbreding is een gezamenlijk initiatief van het ministerie van Infrastructuur en Milieu, Rijkswaterstaat en Havenbedrijf Rotterdam. Het past in hun streven naar de verbetering van de achterlandverbindingen en het verhogen van de efficiency van de binnenvaart.

Breeddiep
Het Breeddiep ontstond begin jaren 70 bij de aanleg van het Calandkanaal. Rijkswaterstaat had de verbinding nodig om zijn werkschepen door te laten varen. Vervolgens deed de binnenvaart met succes beroep op de acte van Mannheim en mocht ook gebruik maken van het Breeddiep. Vanwege de nauwe breedte en de verraderlijke stroming kregen de vaarweggebruikers hier altijd extra aandacht van de verkeersbegeleiders van het Havenbedrijf. Jaarlijks maken zo’n 50.000 voornamelijk binnenvaartschepen gebruik van de passage.
                                             
Groene Poort
Het vrijgekomen materiaal van de verbreding heeft voor een belangrijk deel een nieuwe bestemming gekregen in de zogenoemde ‘Groene Poort’ in de Nieuwe Waterweg tegenover Rozenburg. Het materiaal is gebruikt als ‘langsdam’ om daarachter natuurlijke oevers te laten ontstaan. In 2013 tekenden Wereld Natuur Fonds, Rijkswaterstaat, de gemeente Rotterdam en het Havenbedrijf de samenwerkingsovereenkomst ‘De Groene Poort’ om met vrijkomende materialen natuurlijke oevers langs de Nieuwe Waterweg te ontwikkelen.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid.

Volg ons op Twitter en Facebook
 

Omzet binnenvaart daalt, tarieven stijgen

DEN HAAG De omzet in de binnenvaart is in het derde kwartaal van dit jaar met 12% gedaald ten opzichte van een jaar eerder, de grootste daling in het transport. De omzetdaling kwam vooral doordat de binnenvaart in 2015 te kampen had met laag water. Daardoor stegen de prijzen en daarmee de omzet. Dat meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).

Het vervoer van goederen in de binnenvaart steeg in het derde kwartaal nog wel licht, maar doordat de tarieven ruim 17% lager lagen ten opzichte van een jaar eerder, ging de omzet omlaag. Ten opzichte van het tweede kwartaal stegen de tarieven in de binnenvaart echter nog steeds met 2,6%.

Negatieve verwachtingen
Varende vervoerders hebben in tegenstelling tot de vervoerders over land negatieve verwachtingen ten aanzien van het vierde kwartaal. Deze verwachtingen zijn vergelijkbaar met die voor het vierde kwartaal van 2015. Per saldo verwacht 7% een verslechtering van het economisch klimaat. Terwijl zij drie maanden geleden nog positief waren over hun omzetverwachtingen, voorziet nu per saldo 18% van de ondernemers een afname van de omzet. Per saldo verwacht 4% van de ondernemers een afname van de personeelssterkte. Het percentage ondernemers dat een daling van de tarieven in het vierde kwartaal voorziet, is met een saldo van -7 groter dan een kwartaal eerder.

Omzetdaling
In het derde kwartaal van 2016 daalde de omzet in de totale transportsector met bijna anderhalf procent. Voor het eerst sinds 2010 nam de omzet af. Toch waren er ook positieve ontwikkelingen: het aantal gedwongen bedrijfssluitingen lag met 47 op het laagste niveau in jaren en over het economisch klimaat zijn de ondernemers in de transportsector positiever dan vorig kwartaal. Het ondernemersvertrouwen is de afgelopen vijf jaar niet eerder zo hoog geweest. De Nederlandse economie groeide in het derde kwartaal met 2,4% op jaarbasis, daarmee zet de groei van vorig kwartaal door. De consumptie van huishoudens is iets toegenomen evenals de export Nederlands product.

De verwachtingen voor het vierde kwartaal zijn positief, maar minder positief dan voor hetzelfde kwartaal vorig jaar. Per saldo verwacht 9% van de ondernemers een toename van de export in het vierde kwartaal, vorig jaar was dat 12,8%. Met een positief saldo van 1,9% is het aantal ondernemers dat een verbetering van het economisch klimaat voorziet, net iets groter dan het aantal dat een verslechtering verwacht. Per saldo verwacht 1,6% van de ondernemers een toename van de personeelssterkte. Vorig jaar was dat voor hetzelfde kwartaal 5,1%. Per saldo denkt 9% van de ondernemers een prijsstijging door te voeren in het vierde kwartaal.

Economisch groei
De omvang van de Nederlandse economie is in het derde kwartaal 2,4% groter dan in hetzelfde kwartaal vorig jaar. De groei is te danken aan de toegenomen investeringen, de gestegen consumptie en het positieve exportsaldo. De Nederlandse economie groeit door. Er is nu 2,5 jaar kwartaal-op-kwartaal groei.
Ook dit kwartaal zijn de investeringen in vervoermiddelen en woningen weer aanzienlijk gegroeid. Bedrijven hebben meer besteed aan vliegtuigen, vrachtwagens en opleggers. Ze gaven echter wel minder uit aan personenauto’s. Verder is het derde kwartaal meer geïnvesteerd in computers. De groei van de investeringen is in lijn met het positieve producentenvertrouwen.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid.

Volg ons op Twitter en Facebook

Binnenvaart zet collectieve data om in meerwaarde

DEN HAAG Binnenvaartschepen verzamelen al een aantal jaren real time data om de schepen efficiënter te kunnen afladen en zuiniger te laten varen. In het project Co2Vadem+ krijgt de binnenvaartschipper een waterdiepte- en doorvaarthoogtevoorspeller en een brandstofverbruiksmonitor aan boord.

Aqualink-lid Autena is verantwoordelijk voor de ‘scheepszijde’ van het project. ‘Wij zorgen dat de diverse sensoren worden aangesloten op de zogenaamde “CoVadem Box”, die op zijn beurt de diverse meetwaardes verzamelt en verstuurt naar de server aan de wal’, vertelt Autena directeur Desiré Savelkoul. ‘Tevens onderhouden wij het netwerk.’

Naar 250 schepen
Co2Vadem+ is een project van het CoVadem-initiatief.  Daarin doen ruim 50 schepen al een paar jaar mee aan het gezamenlijk meten van de vaardiepte. Maar om binnenvaartschepen zo goed mogelijk af te laden met bulk of containers is een actuele waterdieptekaart alleen niet voldoende. Daarvoor zijn ook nauwkeurige en betrouwbare voorspellingen van de toekomstige waterdiepte en doorvaarthoogtes voor enkele dagen vooruit nodig. Het is de ambitie om CoVadem uiteindelijk als financieel zelfdragend initiatief te continueren en verder uit te bouwen. Om dat te bereiken is het nodig om de bestaande vloot uit te breiden naar 250 schepen. En dat is de ambitie. Is dat aantal bereikt, dan is er voldoende input om voor alle binnenvaartschepen meerwaarde te leveren. Naast de ontwikkeling van producten in het nu startende Co2Vadem+ is de opschaling van CoVadem dan ook een belangrijke focus voor de komende periode.

Meer opbrengsten
Met de nu te ontwikkelen diensten weet de binnenvaartschipper straks precies hoeveel lading hij mee kan nemen en kan hij het meest optimale vaarschema bepalen. Afgestemd op zijn schip, zijn route, reis en belading. Meer getransporteerde lading per reis en zuiniger varen moeten het resultaat zijn. Dit zorgt niet alleen voor minder kosten voor de schipper, maar ook voor meer opbrengsten. Tevens vermindert de uitstoot van CO2 per tonkilometer.

De door de binnenvaartschepen verzamelde data moet ook gaan bijdragen aan een beter onderhoud aan de vaarwegen en watermanagement. Hiervoor verzamelen de schepen ook gegevens over de bodem, waterstand en stroming. Deze anonieme gegevens uit CoVadem kunnen in combinatie met riviermodellen de rivierbeheerders en baggeraars helpen bij het op voorhand bepalen van de plekken waar gebaggerd moet worden. Zo kunnen er kosten worden bespaard en kan beheer slimmer worden aanbesteed.

Om een schip te kunnen laten deelnemen aan het project is het voldoende om de zogenoemde CoVadem box te installeren. Deze wordt aangesloten op de sensoren voor locatie (GPS), belading (beladingsmeter), kielspeling (dieptemeter) en op een brandstofverbruiksmeter. Indien deze niet aanwezig is, moet deze worden geïnstalleerd.

Brandstof besparen
Het brandstofverbruik van een binnenvaart schip is in hoge mate afhankelijk van de omstandigheden op de rivier en hoe de schipper daarmee omgaat. Optimaal gebruik van het inzicht in het verband tussen schip, reis en rivierconditie kan leiden tot een besparing van 10% op het brandstofverbruik. Maar dat vereist naast ervaring van de binnenvaartschipper ook betrouwbare en vooral actuele data. Dat doet de brandstofverbruiksmonitor. Deze presenteert straks de CO2-uitstoot en het brandstofverbruik in relatie tot de kielspeling, belading, stand van het roer en de vaarsnelheid. Daarmee moet de binnenvaartschipper beter inzicht krijgen in de prestaties van zijn schip. En doordat de binnenvaartondernemer niet alleen de beschikking heeft over actuele gegevens, maar ook alle historische data beschikbaar blijven, kan hij eenvoudig vergelijkingen maken en zoeken naar trends en samenhang.  
De binnenvaartschipper kan aan boord de verzamelde gegevens bekijken. Zo kan hij onder meer zien hoeveel liter brandstof de hoofdmotoren hebben verbruikt, hoeveel kilometer hij heeft gevaren, hoeveel tonnen hij heeft vervoerd en wat de gemiddelde kielspeling, vaarsnelheid en belading waren. Ook kan hij het voortschrijdend gemiddelde verbruik in liters per tonkilometer inzien en de totale CO2 uitstoot.
Omdat steeds meer partijen (bijvoorbeeld IKEA) vragen om een vertaling van de gegevens naar de werkelijke uitstoot per container zodat deze partijen dan in staat zijn om nauwkeurig hun CO2 footprint aan te geven. Ook wordt ook bekeken of het mogelijk is om een koppeling te maken met het in de containervaart vaak gebruikte containerstuwprogramma. Daarin worden de werkelijke uitstootgegevens gecombineerd met de logistieke gegevens die in het het ContainerPlanner stuwprogramma aanwezig zijn.

Waterdieptes
Met het betrouwbaarder voorspellen van toekomstige waterdieptes kunnen schepen beter worden afgeladen waardoor dezelfde vloot met een gelijk aantal reizen meer lading kan transporteren. Dit maakt het vervoer over water schoner en goedkoper. Zo moet de binnenvaart beter kunnen concurreren met het vervoer over de weg en het spoor. Ook wordt met betrouwbare voorspellingen de betrouwbaarheid van de aankomsttijd groter. Dat maakt het vervoer over water betrouwbaarder en wordt daarmee een beter alternatief voor het wegtransport. De resultaten van de voorspelde waterdiepte en de doorvaarthoogtes krijgt de binnenvaartschipper via een grafische webapplicatie gepresenteerd. Hoe deze gegevens het beste kunnen worden gevisualiseerd moet uit het onderzoek blijken.  
Door alle reizen van de vloot te analyseren op overeenkomsten tussen het schip, de reis en de riviercondities, moet de binnenvaartondernemer optimaal kunnen afladen en efficiënter kunnen varen. Daardoor bespaart de schipper niet alleen op de jaarlijkse brandstofkosten, maar bouwt hij ook een database met gegevens op waarmee hij in de toekomst zijn schepen nog efficiënter kan inzetten.  
Omdat de Nederlandse binnenvaartoperators hebben aangegeven dat de beperkingen in vaardiepte het meeste wordt ondervonden op de Duitse Rijn tussen Kaub en Maxau, richt het onderzoek zich op het traject van Rotterdam tot Maxau.

Financiering
Co2Vadem+ is een project binnen het grotere CoVadem initiatief, dat onder leiding van MARIN en de vaste partners Autena Marine en Bureau Telematica Binnenvaart  en Deltares al enige jaren loopt. Het project Co2Vadem+kan van start gaan dankzij financiering via de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) en de binnenvaart zelf. In totaal kost het project 1,2 miljoen euro. De binnenvaartsector draagt zelf ruim 600.000 euro bij. Het project is een coproductie van Deltares en MARIN en omvat naast de vaste partners Autena Marine en Bureau Telematica Binnenvaart ook de partijen Danser Group, NPRC, Heuvelman Groep, Shipping Factory, ThyssenKrupp Veerhaven, Koninklijke BLN Schuttevaer, de TU Delft en Rijkswaterstaat.
Het onderzoek moet eind 2018 zijn afgerond.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid.

Volg ons op Twitter en Facebook

OM eist gevangenisstraf tegen bemiddelaars Filipijnse matrozen

ROTTERDAM Het Openbaar Ministerie (OM) heeft bij de rechtbank Rotterdam gevangenisstraffen geëist van vijf jaar tegen twee directeuren van het uitzendbureau Gyron Crew dat Filipijnse matrozen tewerkstelt in de binnenvaart. Het OM eiste drie jaar gevangenisstraf, waarvan zes maanden voorwaardelijk, tegen een leidinggevende medewerkster en een geldboete van een miljoen euro tegen het frauduleuze bedrijf.

De verdachten maakte zich volgens het OM schuldig gemaakt aan mensenhandel en uitbuiting. Het uitzendbureau maakte gebruik van twee verschillende arbeidsovereenkomsten. Een met een hoog loon in euro’s en een ander met een veel lager loon in Amerikaanse dollars. De contracten met het hoge loon werden gebruikt om in Nederland tewerkstellingsvergunningen te verkrijgen. In de praktijk kregen de Filipijnen het lage loon van een paar honderd dollar uitbetaald. Enkele honderden Filipijnse bemanningsleden zijn op deze wijze in de jaren 2009 tot en met 2011 aan boord van de Nederlandse binnenvaart tewerkgesteld.

Misleiden
Naar het oordeel van het OM hebben de verdachten over de ruggen van de Filipijnse matrozen de Nederlandse wet- en regelgeving zoveel mogelijk ontdoken met als enig doel zoveel mogelijk geld te verdienen. ‘Er is goed over nagedacht om de criminele constructie in meerdere landen op te zetten en die strak en structureel uit te voeren. Het doel was het hele traject wazig te maken en de autoriteiten en matrozen te misleiden’, aldus de officieren van justitie van het Landelijk Parket.
De officieren van justitie schetsten de rechtbank de grote belangstelling op de Filipijnen voor overzeese arbeid. Een belangrijke drijfveer om werk in het buitenland te zoeken is de zorg voor de familie. Daarmee zijn Filipijnen ook kwetsbaar voor misbruik en uitbuiting.

Keurslijf
Gyron Crew wierf matrozen in Manilla voor een baan in de Nederlandse binnenvaart. Bemanningsleden werden overgevlogen naar Schiphol en vrijwel direct overgebracht naar een binnenvaartschip. Zij bleven gemiddeld zes tot negen maanden aaneengesloten aan boord. In de ogen van het OM werden de matrozen in een keurslijf gedwongen. Ze maakten zeer lange werkdagen, kregen nauwelijks tot geen verlof of vrije tijd en werden structureel onder het minimumloon betaald.
Door het OM heeft ook een ontnemingsvordering van 7 miljoen euro ingediend bij de rechtbank.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid.

Volg ons op Twitter en Facebook

Aqualink-lid Heijmen in Weekblad Schuttevaer

MILLINGEN Aqualink-lid Heijmen staat deze week in Weekblad Schuttevaer. Het Nationale Business Succes Award Instituut riep het bunkerbedrijf in Millingen aan de Rijn uit tot Bunkerbedrijf van het Jaar. Die eer is vooral te danken aan uitstekende dienstverlening, die zorgt voor tevreden klanten.

heijmen3kleinHerman Heymen, de opa van de huidige directeuren Robert en Frank Heymen, begon in 1953 met de levering van brandstof aan de binnenvaart. Herman was binnenvaartschipper (ms Vertrouwen), maar ging aan de wal toen hij verkering kreeg. Hij kocht een bunkerbootje van 20 kuub, vond een brandstofleverancier en ging aan de slag.

Lees het complete verhaal in Weekblad Schuttevaer

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid.

Volg ons op Twitter en Facebook

Tweede Kamer praat over vergroenen binnenvaart

DEN HAAG De Tweede Kamer houdt woensdagmiddag van 16 tot 18.45 uur een hoorzitting en rondetafelgesprek over onder meer het vergroenen van de binnenvaart.

Directeur Khalid Tachi van het Expertise- en InnovatieCentrum Binnenvaart (EICB) maakte de Tweede Kamerleden duidelijk wat de stand van zaken is ten aanzien van de vergroening van de binnenvaart. ‘We hebben de afgelopen jaren samen met de verenigde partners binnen het EICB Innovation Lab een significante bijdrage geleverd aan ontwikkeling, demonstratie en standaardisatie van een reeks innovatieve technologieën in de binnenvaart. Deze technologieën bewijzen inmiddels hun nut bij het verbeteren van de klimaat- en milieuprestaties van de sector.’

tachiNaschakelen
Tachi wijst hierbij op het voorzien van nageschakelde apparatuur op bestaande motoren. ‘Deze toepassingen zorgen ervoor dat zowel het aandeel NOx als fijnstof in de uitlaatgassen na het verbrandingsproces gereduceerd wordt tot de nu geldende CCR2-norm. Langs deze weg is het tevens haalbaar om te voldoen aan de toekomstige NRMM Stage V-norm. Zaken die voorheen een bottleneck vormden voor deze oplossingsrichting, zoals gebrek aan vrije ruimte in de machinekamer, kunnen inmiddels slim worden opgelost door de benodigde apparatuur (katalysator of roetfilter) te integreren in de standaard aanwezige geluiddemper.’
De toepassing van nageschakelde apparatuur in combinatie met een ‘brandstof- optimaal afgestelde motor’ leidt volgens Tachi bovendien tot circa 10% brandstofefficiëntere voortstuwing dan een af-fabriek CCR2-gecertificeerde motor zónder nageschakelde techniek. Dankzij publieke stimuleringsregelingen (zoals de VERS-regeling, en de NOx-vrij regeling van de provincie Zuid-Holland en de gemeente Rotterdam) zijn intussen ruim honderd binnenvaartmotoren voorzien van een dergelijk systeem.’

LNG
De binnenvaartsector kent een aantal grootverbruikers. ‘Zo is 5.5% van de schepen verantwoordelijk voor liefst 30% van de totale uitstoot van de gehele vloot. Deze schepen verbruiken meer dan 500 m3 brandstof per jaar. Specifiek voor deze groep is Liquified Natural Gas (LNG) een geschikte vergroeningsoplossing. LNG onderscheidt zich doordat het de schoonste fossiele brandstof is, die bovendien zónder nageschakelde techniek zal kunnen voldoen aan de aanstaande NRMM stage V-eisen.
Op dit moment ondervindt de brede toepasbaarheid van LNG hinder van de lage olieprijs. Ook vormt de relatief hoge investering voor een LNG-aandrijving van gemiddeld 1,2 miljoen euro voor veel ondernemers nog een hindernis. Dat heeft een ongunstig effect op de business case. Onder voorwaarden is de interesse vanuit de sector echter blijvend. Een combinatie van lagere investeringskosten door schaalvoordeel en een groter prijsverschil met diesel, kan het aantal schepen dat geschikt is voor LNG in Nederland doen toenemen. Momenteel varen er 6 binnenvaartschepen op LNG de verwachting is dat het er 27 in 2018 zullen zijn.’
Aanvullend bestaan alternatieve mogelijkheden tot verdere emissiereductie van de binnenvaartvloot, waaronder de toepassing van Gas-to-Liquid (GTL) en Water-brandstof-emulsie. ‘Het toepassen van dergelijke oplossingen in de binnenvaart is relatief laagdrempelig en heeft in zekere mate effect op de emissies van de vloot, al is het effect geringer dan eerdergenoemde praktijkvoorbeelden.

Vergroeningsfonds
Versnelling van de vergroening van de binnenvaart kan volgens het EICB niet zonder publieke impuls. ‘De Europese en nationale ambities voor emissiereductie in de binnenvaart zijn aanzienlijk: een reductie van 60% van CO2-uitstoot in 2050, te beginnen met een (geleidelijke) reductie vanaf 2019/2020 voor nieuwe motoren in de vaart conform NRMM Stage V van tenminste 80% voor NOx en PM ten opzichte van de huidige CCR2-norm. Met alleen de NRMM Stage V zal vergroening van de binnenvaartvloot naar verwachting in een traag tempo verlopen. De gewenste versnelling wordt met bestaande programma’s van overheden en maatregelen van havenbedrijven bovendien nog onvoldoende bereikt:
– Kortingen op havengelden leveren een bescheiden voordeel op in exploitatiekosten, en leiden niet tot versterking van de financieringsbasis voor investeringen;
– Fiscale regelingen VAMIL, MIA en EIA zijn alleen van toepassing voor winstmakende ondernemingen, en leveren ook in dit geval beperkte revenuen op;
– Bestaande subsidieregeling in Nederland voor de binnenvaart gericht op innovatieve investeringen in duurzaamheid kent een beperkt budget en een korte looptijd. In vergelijking met deze regeling, hebben de lopende programma’s in Duitsland, Frankrijk en Belgiëeen ruimer budget en langere looptijd. Het laatste laat onverlet dat subsidieregelingen in West-Europa gezamenlijk een beperkt bereik en tijdelijk karakter hebben.
Financiering blijkt in veel gevallen een zeer belangrijke bottleneck voor de verduurzaming van de binnenvaart. Eigen vermogen van binnenvaartondernemers en bancaire leningen bieden de komende 10-15 jaar onvoldoende ruimte voor de realisatie van benodigde investeringen. Daadwerkelijke versnelling zal daarom een structurele aanpak vereisen, die mede wordt aangejaagd door een publieke impuls. De oprichting van een Vergroeningsfonds met een significante bijdrage van de overheid dat ten minste tot 2030 operationeel zal zijn, maakt hiervan noodzakelijk onderdeel uit.’

De praktijk
Binnenvaartondernemer Jacob Verdonk van het ms Anda (135 x 11.45, ca. 4000 ton) deelt tijdens de hoorzitting zijn ervaringen met varen op een ‘groen’ schip. Het in 2009 gebouwde schip werd vanaf de bouw uitgerust met de op dat moment best beschikbare technieken betreffende duurzaamheid. ‘Dit houdt in dat wij een Nox reductie hebben van 90% en 97% op PM10 ten opzichte van de, nu nog altijd geldende, emissie eisen. Dit maakte ons tot het meest duurzame binnenvaart schip van Europa, wat vergelijkbaar is met de huidige euro 6 vrachtauto.’

OLYMPUS DIGITAL CAMERA
OLYMPUS DIGITAL CAMERA

Helaas heeft de markt daar volgens Verdonk nog altijd geen antwoord op. ‘Wij hebben geprobeerd om de markt te beinvloeden door rechtstreeks contact te zoeken met verladers. In deze zoektocht hebben wij kennis gemaakt met het Lean and Green netwerk en daar hebben wij ondertussen de Lean and Green Star mogen ontvangen. Daarnaast staan wij op het punt om de tweede star te behalen. De contacten binnen dit netwerk leveren verbazend interessante inzichten en gesprekken op. Zo hebben veel verladers geen enkel idee wat ze eigenlijk met een binnenvaart schip kunnen, laat staan dat ze iets weten over de milieuprestaties van schepen. De lijnen naar een transport over water zijn lastig te ontdekken volgens een aantal grote Nederlandse verladers. Gelukkig is de interesse om elkaar beter te leren kennen wel aanwezig. Via het “project maatwerk” van het BVB zien we dan ook al vele positieve ontwikkelingen. Echter, er is nog een lange weg te gaan voordat duurzaamheid beloond wordt. En dat terwijl de sector zoveel te bieden heeft voor de “BV Nederland” en zelfs voor de “BV Europa”.

Niet beloond
Volgens Verdonk wordt duurzaamheid (nog) niet voldoende beloond in de binnenvaart. ‘De bevrachter is de schakel tussen binnenvaartondernemer en verlader. Als de verlader duurzame schepen verlangt dan zal de bevrachter hier gehoor aan moeten geven. In de praktijk gebeurt dit echter nog veel te weinig. Helaas constateren we ook regelmatig dat de vraag vanuit de verlader er wel is maar dat de bevrachter hier nog eigenlijk niets mee doet. De vraag naar duurzaamheid zal daarom eerst duidelijker en dwingender gesteld moeten worden, voordat er meer duurzaamheid aangeboden kan worden.’
Verdonk is er van overtuigd dat de milieuafspraken van Parijs alleen kunnen worden behaald indien verladers en andere grote bedrijven meegaan in het vergroenen van de binnenvaart. ‘De verantwoordelijkheid van de verladers gaat natuurlijk nog verder, want duurzaamheid stopt niet bij een schone lucht. Kloppende afspraken over laden en lossen (‘Just in time’ kunnen varen), goede voorzieningen voor de bemanning aan boord van het schip en op de laad en losplaatsen (veiligheid), als ook het opleiden van goed geschoold personeel (persoonlijke ontwikkeling en dus weer veiligheid), horen bij de basis principes van het MVO ondernemen.’

De hoorzitting is live te volgen via debat direct.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid.

Volg ons op Twitter en Facebook

Gelderland wil meer aandacht voor techniek op basisschool

ARNHEM De Provincie Gelderland wil dat basisscholen meer aandacht gaan besteden aan techniek en informatica. Gedeputeerde Michiel Scheffer wil daarvoor technische vaardigheden laten opnemen als onderdeel van de verplichte citotoetsen in het basisonderwijs.

Volgens Scheffer is er een groeiend tekort aan technisch personeel. ‘Drie van de vier bedrijven heeft nu al moeite vakmensen in de techniek te vinden en dat worden er alleen maar meer. Het onderwijs moet meer aandacht besteden aan techniek en daar moet je zo vroeg mogelijk mee beginnen. Een slimme economie heeft slimme mensen nodig. De economie verandert razendsnel door digitalisering, big data en robotisering. Er worden andere ‘skills’ gevraagd voor de banen van de toekomst: sociale, creatieve en technische vaardigheden worden steeds belangrijker.’

Techniek in Citotoets
Scheffer wil dat technische vaardigheden onderdeel worden van de citotoetsen in het basisonderwijs. ‘Techniek komt nu vaak pas aan bod als een leerling niet in aanmerking komt voor havo of theoretische leerweg (vmbo tl). Maar er zijn technici nodig op alle niveaus. Er is niet alleen een tekort aan goede monteurs maar ook aan robotprogrammeurs. Techniek mag geen b-keuze meer zijn.’

Scheffer wil de aandacht voor techniek in de citotoets voorleggen aan het TechniekPact, waarin onderwijs, ondernemers en overheden zich samen sterk maken voor meer vakmensen in de techniek. Begin november 2016 stuurden de provincies al een brandbrief aan het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over de gedwongen studentenstop op technische opleidingen.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid.

Volg ons op Twitter en Facebook

Familiebedrijf Heijmen is beste bunkerbedrijf

MILLINGEN AAN DE RIJN Een schipper komt met een lading houtsnippers langszij het bunkerstation in Millingen aan de Rijn. Robert en Frank Heijmen begroeten de Duitse schipper en beginnen een praatje. Het is typerend voor het familiebedrijf dat steeds vaker ook op andere plekken dan in Millingen brandstof levert. Deze servicegerichtheid en de grote tevredenheid onder klanten waren twee van de redenen dat Heijmen onlangs werd uitgeroepen tot bunkerbedrijf van het jaar.    

De opa van Robert en Frank begon in 1953 met het leveren van brandstof aan de binnenvaart. Herman voer op zijn eigen schip MS Vertrouwen, maar hij ging aan de wal toen hij verkering kreeg. Hij kocht een bunkerbootje met een capaciteit van 20 kuub en haalde de brandstof uit een treinwagon in Nijmegen. Eind jaren zestig namen de zoons Ton en Herman jr. het bedrijf over en werd het sleeptankschip Lombardia omgebouwd tot een bunker-winkelschip met 560 kuub gasolieopslag. Robert en Frank kwamen als zoons van Ton in de jaren negentig in het bedrijf. In 1998 werd het huidige dubbelwandige bunkerstation (85 x 11,40 meter) met een capaciteit van 2000 kuub in gebruik genomen. De bunkerboten Martina 1 en 2 voorzien de klanten van brandstof. Vanaf 2007 runnen de twee broers het bedrijf.
heijmen4kleinSinds twee jaar is Heijmen ook actief in de Rotterdamse haven. In de eerste Eemhaven werd in 2014 in samenwerking met SBH van Serge Broekhuizen een nieuw bunkerstation in gebruik genomen. De bunkerboten SBH 1 en SBH 2 voorzien sindsdien in de Rotterdamse haven de binnenvaart, maar ook de kleine kustvaart, werkschepen en jachten van brandstof.
De bevoorrading van beide bunkerstations gebeurt met de eigen tanker Hortensia 2.

Speciale smeerolie
Dagelijks varen zo’n 350 tot 500 schepen langs het bunkerstation van Heijmen. Zo’n 15 tot 30 schippers besluiten er te bunkeren. ‘Wij zijn één van de laatste stops voor de grens’, vertelt Robert. ‘De meeste schippers hebben een lange reis voor de boeg en de brandstof is in Duitsland duurder. Ook zijn daar veel minder bunkerstations, de eerste na de grens is in Duisburg. In Millingen staat altijd iemand paraat om de schippers te helpen. Een van de twee broers is daarvoor altijd bereikbaar. ‘Daardoor kunnen we problemen direct tackelen’, vertelt Frank. Een voorbeeld daarvan is een klant die ’s avonds om 11 uur nog belt dat hij de volgende dag 2.000 liter speciale smeerolie voor zijn superjacht moet hebben. ‘Wij gaan dat dan regelen.’

Het regelen van brandstof en andere producten op andere locaties dan op het bunkerstation in Millingen aan de Rijn gebeurt overigens steeds vaker. ‘Voor een klant is het vaak niet meer te doen om het allemaal zelf te regelen’, vertelt Robert. ‘We regelen nu bijvoorbeeld het bunkeren van een werkschip op het Duitse eiland Borkum. Het schip is daar aan het werk aan een windmolenpark in zee en het bunkeren op het eiland loopt via ons.’  

Beste prijs
Een zelfde service biedt Heijmen ook aan de binnenvaart. Vaste klanten, en dat zijn de meeste schippers van het familiebedrijf, kunnen in het buitenland bunkeren op rekening van Heijmen zodat de schipper de diesel niet vooruit hoeft te betalen als hij bij een voor hem onbekend bunkerstation moet bunkeren. Heijmen kijkt dan welk bunkerstation in de buurt van het schip de beste prijs heeft en regelen vervolgens alles voor de schipper.

heijmen3kleinHoewel in de binnenvaart steeds meer wordt gesproken over alternatieve brandstoffen om de binnenvaart te vergroenen, verwachten de broers nog geruime tijd diesel aan de binnenvaart te kunnen leveren. ‘Veel schepen zijn in de nieuwbouwgolf voor de crisis van 2008 gebouwd en varen nog gewoon op diesel’, vertelt Frank. ‘Die zijn voorlopig nog niet uit de markt en veel nieuwbouw is er niet. LNG is nog ver weg, maar GTL zou bijvoorbeeld een goed alternatief kunnen zijn. Maar de diesel die we nu leveren is met 10 ppm en minder zwavel ook al veel schoner.’

‘Grote gunfactor’
De aandacht voor milieu blijkt ook aan boord van het bunkerstation. Voor het leveren van stroom staan op het dak inmiddels 176 zonnepanelen. Aan boord bevindt zich ook een systeem voor de verwerking van het eigen afvalwater. Deze innovatieve aanpak en de grote klant- en servicegerichtheid waren reden voor het Nationale Business Succes Award Instituut Heijmen uit te roepen tot bunkerbedrijf van het jaar 2016. De Nominatiecommissie onder leiding van Robert Zwaan ziet in Heijmen ‘een vooruitstrevende organisatie die naar verwachting in de toekomst nog veel successen gaat behalen’. De jury prijst met name de grote klant- en servicegerichtheid. ‘Door een perfecte service, dag en nacht, geniet het bedrijf een hoge gunfactor. Gedrevenheid, passie, innovatievermogen, durf en visie, plus een sterke focus op de klant maken van deze organisatie een uitgesproken branchewinnaar.’
Robert en Frank kregen veel reacties en felicitaties op de onderscheiding. En het is nog niet afgelopen. De broers maken ook nog kans dat ze worden uitgeroepen tot bedrijf van het jaar.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid.

Volg ons op Twitter en Facebook

MKB-ondernemers vol vertrouwen voor 2017

DEN HAAG Ondernemers in het midden- en kleinbedrijf (MKB) verwachten voor 2017 meer omzet, hogere investeringen en uitbreiding van de werkgelegenheid. Ook viel het ondernemersvertrouwen in het MKB aan het begin van het vierde kwartaal hoger uit dan een kwartaal eerder. Dit meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).

Vooral ondernemers in het middenbedrijf (50-250 werkzame personen) zijn positief in hun verwachtingen voor volgend jaar. Zij zijn vaker optimistischer dan ondernemers met kleinere bedrijven (5-50 werkzame personen), al zijn ondernemers in het kleinbedrijf per saldo ook positief gestemd. Over de omzet, de export en de personeelssterkte zijn ondernemers uit het grootbedrijf nog positiever dan ondernemers in het MKB.

vertrouwen2Positief
In het middenbedrijf denkt 39% van de bedrijven dat de omzet in 2017 toeneemt, terwijl 6% een lagere omzet voorziet. Per saldo is dus 33% van de ondernemers positief over de omzetontwikkeling. In het kleinbedrijf is dit saldo 21% en in het grootbedrijf 53%. De verwachtingen over de buitenlandse omzet hebben hetzelfde patroon: de verwachtingen in het kleinbedrijf zijn het minst positief en in het grootbedrijf zijn de verwachtingen het meest positief.
Van de ondernemers in het middenbedrijf verwacht per saldo 10% een groei van de investeringen in 2017 en 18% een toename van de werkgelegenheid. Binnen het kleinbedrijf verwacht per saldo 3% van de ondernemers een groei van de investeringen en 11% een toename van de werkgelegenheid.

Vierde kwartaal
Net als in het gehele bedrijfsleven zijn MKB-ondernemers in het vierde kwartaal van 2016 onverminderd positief gestemd. Het vertrouwen van MKB-bedrijven kwam uit op 9,3. Dat is nagenoeg gelijk aan het sentiment in het bedrijfsleven als geheel (9,2). Het ondernemersvertrouwen in het MKB is 1,5 punt hoger dan aan het begin van het derde kwartaal. Binnen het MKB is het vertrouwen van ondernemers in het kleinbedrijf (ondanks de lagere verwachtingen voor 2017) met 9,6 het grootst. Tot en met de eerste helft van 2016 waren ondernemers in het kleinbedrijf juist minder optimistisch gestemd dan in het MKB als geheel.
In alle sectoren binnen het MKB zijn ondernemers gunstig gestemd. Het MKB-ondernemersvertrouwen is met 20,6 in de bouw het hoogst. Daarmee is het sentiment van MKB-ondernemers in de bouwsector nog positiever dan in het derde kwartaal. Ook in de horeca, de onroerend goedsector, de handel en de informatie en communicatie is het vertrouwen verbeterd ten opzichte van het derde kwartaal.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid.

Volg ons op Twitter en Facebook

Gelderland wil met Rivierengebied in top 3 logistieke hotspots

ARNHEM De provincie Gelderland houdt 23 november in Tiel een debat over het Rivierengebied. De vraag bij dit Gelders Debat is wat de huidige ontwikkelingen in onder meer de transport en logistiek betekenen voor de leefbaarheid van de inwoners van het Rivierengebied. Het is de ambitie van de provincie om het Rivierengebied in de top 3 van logistieke hotspots van Nederland te krijgen.

De provincie spreekt van ‘de poort van Gelderland’ als het om het Rivierengebied gaat. ‘Het Rivierengebied heeft een unieke, centrale ligging en vormt de verbinding tussen Rotterdam en het Ruhrgebied. Dagelijks vervoeren duizenden vrachtwagens goederen over de A15, wordt de Waal drukbevaren met volgeladen schepen en rijden er steeds meer treinen over de Betuwelijn. Maar meer logistiek betekent meer bedrijvigheid en economische groei. Dit levert banen op en dat is goed voor de inwoners van Rivierengebied. Maar kan de A15 meer weggebruikers wel aan, en sluiten vraag en aanbod van arbeidskrachten wel op elkaar aan?’

Bekijk het programma van het Gelders Debat.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid.

Volg ons op Twitter en Facebook

Dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland.