RWS stort grind op Boven-Rijn, CoVadem meet gevolgen

TOLKAMER Rijkswaterstaat gaat tot eind juli voor de tweede keer grind toevoegen aan de Boven-Rijn ter hoogte van Tolkamer. De sedimentsuppletie is onderdeel van een proef om de daling van de rivierbodem te stoppen. Met hulp van CoVadem worden de gevolgen van de suppletie voor de binnenvaart gemeten.

Rijkswaterstaat stort de komende maanden zo’n 70.000 m3 grind in de diepe buitenbocht van de Boven-Rijn (kilometerraai 863,6-862). In totaal komt er op deze locatie een 0,8 tot 1,2 meter dikke laag grind te liggen, die in de loop van de tijd meegevoerd gaat worden naar de benedenstroomse delen van de rivier. In 2016 stortte Rijkswaterstaat voor het eerst een laag grind van gemiddeld 0,3 meter.

Bodemdaling
De bodemdaling is mede het gevolg van menselijk ingrijpen in de rivier. Door het verleggen en kanaliseren van rivieren, de zand- en grindwinning en bodemerosie in combinatie met te weinig aanvoer van zand en grind zijn rivierbodems gaan dalen. De rivierbodem daalt niet gelijkmatig. Er kunnen diepe, smalle geulen ontstaan in de buitenbocht en ondiepe plekken in de binnenbocht. Daarnaast zijn op sommige delen van rivieren de bodems verhard. Daar kan de bodem dus niet uitslijten en dalen. Vooral bij laagwater levert dat op sommige plekken problemen op voor de bevaarbaarheid. De vaardiepte op de ondiepe delen wordt aanzienlijk verminderd. De binnenvaart kan daardoor minder lading meenemen waardoor de transportkosten stijgen.

Weinig hinder
Het scheepvaartverkeer ondervindt weinig hinder van de werkzaamheden. Het storten doen de klapschepen al varende. De aangebrachte laag grind heeft verder geen invloed op de scheepvaart, omdat het wordt toegevoegd aan de diepe delen van de buitenbocht. De laag ligt nog onder het niveau waarop Rijkswaterstaat gaat baggeren. Daarnaast wordt de diepte van de vaargeul constant in de gaten gehouden. Mocht er een ongewenste ondiepte ontstaan, dan wordt die binnen 24 uur verwijderd.

Ervaringen in Duitsland
Bijzonder aan dit proefproject, is dat Rijkswaterstaat samenwerkt met de Duitse zusterorganisatie Wasser- und Schifffahrtsamt Duisburg-Rhein en dat de suppleties worden uitgevoerd op het Duitse grondgebied (de grens loopt hier over het midden van de rivier). De Duitsers hebben al sinds de jaren 80 ervaring met toevoegen van sediment aan de rivierbodem. De Duitse ervaringen zijn echter niet direct te vertalen naar Nederland. De rivierbodem in Duitsland is namelijk veel grover en harder en daardoor minder dynamisch dan in Nederland. Het grind dat in Nederland wordt gestort is dan ook fijner dan in Duitsland.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.