STRAATSBURG Het vervoer van goederen over de Rijn is in 2020 met 8,4% gedaald ten opzichte van 2019. De segmenten steenkool, ijzererts en metalen daalden het sterkst, het enige segment dat een stijging liet zien was de agribulk.
Uit het jaarverslag van de Centrale Commissie voor de Rijnvaart (CCR) blijkt dat de binnenvaart vorig jaar over de traditionele Rijn 160 miljoen ton goederen vervoerde. Dat was weliswaar een daling, maar de CCR concludeert wel dat vervoer van vracht over de binnenwateren ‘veerkrachtiger bleek dan in vroegere crisissituaties’. Omdat de economische activiteit niet in alle economische sectoren even sterk terugliep, bleef de schade beperkt tot een daling van ruim 8%. In 2009 nam het vervoer van goederen over de Rijn na het begin van de kredietcrisis nog met ruim 18% af.
De passagiersvaart had wel veel meer te lijden van de coronacrisis dan het vrachtvervoer. In 2020 maakten 124.800 passagiers een riviercruise op de Europese binnenwateren, een jaar eerder waren dat er 1,79 miljoen. Dat komt neer op daling van 93%. Het aantal cruiseschepen dat voer daalde ook flink, met 82% op de Rijn, 91% op de Donau en 70% op de Moezel.
Forse dalingen
Ook vorig jaar daalde het vervoer van steenkolen. De helft van de kolen gebruikt de energiesector, die het gebruik van steenkolen aan het uitfaseren is, de andere helft is voor de productie van staal. De staalnijverheid is nu nog goed voor een kwart van het goederenvervoer over de Rijn, maar ook het staalgerelateerde vervoer kreeg het zwaar te verduren. Door de coronacrisis werden in 2020 aanzienlijk minder auto’s gebouwd en ook minder staal geproduceerd, wat leidde tot een significante daling van de vraag naar vervoer van dit soort goederen. Samen met de energietransitie verklaart dit waarom het vervoer van steenkool (-23,8%), ijzererts (-14,2%) en metalen (-14,6%) over de Rijn fors daalde.
Het vervoer van aardolieproducten daalde vorig jaar met 8%, dat van chemische producten met 3,7%. De hoeveelheid in containers vervoerde goederen lag met 15 miljoen ton vrijwel op hetzelfde niveau als in 2019 (15,2 miljoen ton). Uitgedrukt in de hoeveelheid teu steeg het vervoer van containers in Nederland (+1%) en Frankrijk (+6%), in België en Duitsland liep het containervervoer met respectievelijk 1% en 4% terug.
Het enige segment dat een positief resultaat vertoonde, was het segment agribulk en levensmiddelen dat nauw samenhangt met de oogstresultaten. Het vervoer van deze producten steeg vanwege een beter oogstjaar voor graan in Europa met 10,7%.
Toekomst
De CCR verwacht dat het vervoer voor de staalnijverheid en de chemische industrie in 2021 en 2022 herstelt. Voor landbouwproducten dempen de oogstresultaten in 2021 vermoedelijk de vervoersvraag in 2021 en gedeeltelijk ook in 2022. Een afnemende groei in de wereldhandel zorgt ervoor dat de groei in de containervaart gaat afnemen. Een groot potentieel ziet de CCR voor stedelijk containervervoer.
Voor de riviercruisevaart ziet de CCR ‘een mogelijk herstel van de activiteiten in 2022’. Gezien de aanhoudende reisbeperkingen wordt verwacht dat de passagiers uit overzeese gebieden dit jaar nog geen riviercruisevaart gaan maken op de Europese vaarwegen. Aangezien klanten gedeeltelijk geconfronteerd werden met een lager inkomen en men zich ook nog zorgen maakt over de veiligheid en gezondheid, vooral op belangrijke markten zoals Amerikaanse klanten, is het eerder onwaarschijnlijk dat de vraag hoog zal zijn.
Nieuwbouw
Vorig jaar werden 27 nieuwe drogeladingschepen en 54 nieuwe tankschepen aan de West-Europese vloot toegevoegd. Het merendeel van de nieuwe drogeladingschepen werd in Nederland geregistreerd (14 van de 27), gevolgd door België met zeven en drie in zowel Duitsland als Frankrijk.
Van de 27 nieuw gebouwde drogeladingschepen vallen hebben er tien een laadvermogen tussen de 3.000 en 4.000 ton. Het gemiddelde laadvermogen van de nieuwgebouwde drogeladingschepen bedraagt 2.474 ton, terwijl dat in 2019 nog 3.256 ton was.
Van de 54 nieuwe tankschepen werden er 25 in Nederland geregistreerd, elf in Duitsland, elf in België, vier in Luxemburg en twee in Zwitserland. Hiervan vielen 17 schepen in de klasse 2.000 tot 3.000 ton. Op de tweede plek komt de grootteklasse 3.000 tot 4.000 ton met elf nieuwe tankschepen. Als men een vergelijking maakt met de nieuwe tankschepen in 2019 kan worden vastgesteld dat de vraag naar grotere schepen in 2020 is toegenomen. Het gemiddelde laadvermogen voor nieuwe tankschepen bedroeg 3.793 ton in 2020 en 3.103 ton in 2019.
In de categorie duw- en sleepboten werden slechts twee nieuwe schepen geregistreerd in Nederland, de duwboot Pieter van der Wees en de Tenacious.
Modal split
Het aandeel van de binnenvaart in de Europese modal split bleef met ongeveer 6% op een vergelijkbaar niveau als voorgaande jaren. Het wegvervoer snoepte met een aandeel van ruim 76% wel weer iets af van het vervoer per spoor (18%). Volgens de CCR geeft de modal split op Europees niveau echter een vertekend beeld omdat in veel landen de binnenvaart gene grote rol speelt. In Nederland ligt het aandeel van de binnenvaart in de modal split inmiddels op 42,7%, dat was ooit 47,2%. Deze neergaande trend heeft deels te maken met de laagwaterperiodes in 2015, 2017 en 2018 en het sterk teruglopende vervoer van steenkolen. Een dergelijke neerwaartse trend is ook goed zichtbaar wanneer men kijkt naar België en Duitsland. In Luxemburg steeg het aandeel in de modal split door de binnenvaart de afgelopen jaren. Voor de landen in het stroomgebied van de Donau laten zowel Roemenië als Bulgarije eveneens een hoog aandeel in de modal split zien. In 2019 bedroeg dit aandeel van de binnenvaart respectievelijk 28,1% en 31,8%. Voor Bulgarije was het de eerste keer sinds 2012 dat het aandeel van de binnenvaart in de modal split hoger lag dan 30%.
Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Ook Willems is lid van Aqualink. Meld u nu ook aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.