Tag archieven: milieu

‘Binnenvaart moet nadenken over huidige logistieke concepten’

STRAATBURG De binnenvaart moet goed gaan nadenken over de huidige logistieke concepten. Steeds grotere schepen en lage waterstanden, maken de binnenvaart volgens de Centrale Commissie voor de Rijnvaart (CCR) zeer kwetsbaar voor de klimaatverandering.

De CCR meldt in haar Jaarverslag van de marktobservatie van de binnenvaart in Europa dat de gemiddelde laadcapaciteit van de vrachtschepen in de Rijnoeverstaten toeneemt en het aantal kleine schepen afneemt. Deze ontwikkeling heeft zich ook 2018 voortgezet, met name voor de Franse vloot. De nieuwbouwcijfers lagen in 2018 relatief laag maar er werden schepen uit alle grootteklassen op de markt gebracht, ook een paar kleinere schepen met een tonnage van minder dan 1000 ton.

Laagwater
Het jaar 2018 stond voor de Europese binnenvaart in het teken van de aanhoudende lage waterstanden in de tweede helft van het jaar die van invloed waren op verschillende economische parameters. Regionaal gezien waren de gevolgen van de extreme droogte voor de vervoersactiviteiten met name waarneembaar op de Rijn en zijn zijrivieren, op de Boven- en Midden- Donau evenals op de Boven- en   Midden-Elbe. De vervoersactiviteiten over de vele kanalen in Nederland, België, Frankrijk en Noord-Duitsland ondervonden duidelijk minder hinder van de lage waterstanden. Ook de scheepvaart over de Beneden- Donau in Roemenië en Bulgarije had weinig last van de droogte omdat het scheepsvervoer in het mondingsgebied van de Donau zeeriviervaart betreft.

Containers
Het containervervoer, dat nog steeds bijna uitsluitend geconcentreerd is in de Rijnoeverstaten, slaagde er volgens de CCR in 2018 in de vervoersvolumes te handhaven en zelfs te vergroten, aangezien dit type vervoer vooral plaatsvindt over kanalen of waterwegen die minder te lijden hebben onder lage waterstanden. In Frankrijk is het containervervoer toegenomen in het stroomgebied Nord-Pas-de-Calais, terwijl het in het Seinebekken en in het stroomgebied Rhône-Saône constant is gebleven.
De Rijn daarentegen liet na een periode van groei in de vijf voorafgaande jaren in 2018 een afname van het containervervoer zien van 10% (in TEU). De scheepvaart op de Midden- en Bovenrijn, deze twee riviergedeelten zijn samen verantwoordelijk voor 49% van het containervervoer over de Rijn, had in het late najaar van 2018 ernstig te kampen met de droogte. In oktober en november konden containerschepen niet langer stroomopwaarts naar Straatsburg of Bazel varen en lag het containervervoer wekenlang zelfs helemaal stil.

Deze kink in de logistieke keten gold niet alleen voor het containervervoer maar ook voor het vervoer van chemicaliën, aardolieproducten, ijzerertsen en andere grondstoffen voor de industrie en leidde tot grote economische verliezen. Volgens statistische berekeningen heeft de Duitse industriële productie bijna vijf miljard euro schade geleden als gevolg van de afname van het Rijnvervoer in de tweede helft van 2018.

Vrachtprijzen
De lage waterstanden dreven de vrachtprijzen sterk op, met name in de Rijnvaart. De vrachtprijzen voor vloeibare goederen lagen in oktober en november vier keer zo hoog als normaal (voor de ARA-Rijnhandel).
Als men de statistieken van de vrachtprijzen voor vloeibare producten analyseert, kan worden vastgesteld dat de prijzen in de tweede helft van het jaar ook in het FARAG-gebied (Vlissingen, Antwerpen, Rotterdam, Amsterdam, Gent) gestegen zijn. De waterstanden in dit deel van West-Europa hadden weliswaar minder last van de droogte maar de prijsstijging werd veroorzaakt door de reactie van de markt: Belgische en Nederlandse exploitanten, met name marktdeelnemers met kleine schepen, verplaatsten hun werkgebied in het najaar van 2018 naar de Rijn om te kunnen profiteren van de hoge vrachtprijzen. De afname van de capaciteit leidde zo ook in het FARAG-gebied tot een stijging van de vrachtprijzen.

58% Nederlands
Wanneer we kijken naar de spreiding van de binnenvaartondernemingen in West-Europa dat constateert de CCR een versnipperd beeld. Ruim 87% van alle binnenvaartondernemingen in Europa is gevestigd in de Rijnoeverstaten. Alleen Nederland al is goed voor 58% van alle binnenvaartondernemingen. ‘Het is echter wel zo dat 41% van alle Nederlandse ondernemingen voor droge lading en 51% van alle tankvaartondernemingen eenmansbedrijven zijn. De structuur van de Franse ondernemingen in het vrachtvervoer lijkt sterk op die in Nederland.’

Werkgelegenheid
Bekijkt men de gegevens voor de periode van 2012 tot 2016 dan toont de werkgelegenheid in het vrachtvervoer de afgelopen jaren in de meeste Europese landen een dalende lijn. Duitsland, Zwitserland, Polen, Italië en Letland waren de uitzonderingen op de regel. In deze landen was het aantal werknemers in 2016 groter dan in 2012. De grootste daling in absolute cijfers deed zich voor in Nederland, waar het aantal werknemers in 2016 522 lager lag dan in 2012 (in Frankrijk: -279, in Duitsland: +281).
In het passagiersvervoer daarentegen stegen tussen 2012 en 2016 zowel het aantal ondernemingen als het aantal werknemers. De sterkste stijgingen in het aantal werknemers deden zich voor in Duitsland (+1745), Frankrijk (+551), Italië (+470) en Nederland (+306).

Winstgevendheid
Uit gegevens van Eurostat met betrekking tot de winstgevendheid van binnenvaartondernemingen blijkt dat goederenvervoersondernemingen in België en Nederland beduidend winstgevender zijn dan ondernemingen in Frankrijk, Duitsland, Slowakije en Hongarije. De winstgevendheid wordt daarbij gemeten als de verhouding tussen het brutobedrijfsresultaat en de omzet. Afgaande op de gegevens van Eurostat kan worden geconcludeerd dat dit gebrek aan winstgevendheid samenhangt met de zeer hoge personeelskosten in de Franse binnenvaart.

Passagiersvaart
In het passagiersvervoer is de winstgevendheidsindicator in Duitsland in de afgelopen jaren gestegen. Dat strookt met de positieve ontwikkeling van de werkgelegenheid in deze branche in Duitsland. In Frankrijk daarentegen is deze branche relatief weinig winstgevend.
In tegenstelling tot de problemen waarmee het goederenvervoer te kampen had in 2018, stegen de passagiersaantallen bij de riviercruises tot nieuwe recordhoogtes. In Europa maakten in totaal 1,64 miljoen toeristen een riviercruise, een toename van 14,6% ten opzichte van 2017. Bijna 38% van deze toeristen komt uit de Verenigde Staten en Canada. Het aantal toeristen uit Azië, Rusland en Scandinavië nam toe met 41%. Ook het aantal Britse en Ierse passagiers steeg met 31% uitermate sterk.

Aangezien riviercruises in heel Europa plaatsvinden, ondervond de sector weinig hinder van de lage waterstanden. Voor de Rijn werd weliswaar een lichte daling van het vervoer door riviercruiseschepen van 7% geregistreerd, maar op de Donau (+6%) en op de Moezel (+12%) waren juist meer cruiseschepen onderweg. In 2018 kwamen er iets minder nieuwe cruiseschepen in de vaart, maar de orderboeken wijzen erop dat het aantal nieuwbouwschepen in 2019 weer zal toenemen.

‘Aan de weg timmeren’
Het goederensegment zand, stenen, grind en bouwmaterialen is verantwoordelijk voor 37% van het vrachtvervoer in de binnenvaart in Frankrijk, 25% in België, 20% in Nederland, 14% in Duitsland en 21% in Roemenië. De bouwactiviteiten in Europa vertonen sinds 2014 een stijgende lijn die te danken is aan positieve demografische ontwikkelingen, toenemende investeringen in openbare infrastructuur en het economisch herstel na de vastgoedcrisis van 2009. Het vervoer van de goederen die daarvoor nodig zijn (met name grind, zand en bouwmaterialen) vertoont tot op zekere hoogte dezelfde stijgende tendens. Dat wordt zichtbaar wanneer de bouwactiviteiten per maand en per kwartaal enerzijds en het vervoer over de binnenwateren van bovengenoemde materialen anderzijds naast elkaar worden gelegd. Naar verwachting zal de groei in de bouwsector in de komende drie jaar afvlakken. Het is mogelijk dat de vervoersvraag dit afkoelingsproces volgt, maar desalniettemin valt te verwachten dat de vraag in de toekomst zal blijven groeien. De bouwsector is namelijk een belangrijke sector met positieve vooruitzichten zoals ook blijkt uit langetermijnprognoses. ‘De binnenvaart zou dus aan de weg moeten timmeren om meer van deze groei te kunnen profiteren’, concludeert de CCR.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

‘Schip van de toekomst’ op de Wereldhavendagen

ROTTERDAM Tijdens de Wereldhavendagen in Rotterdam wordt het containerbinnenvaartschip Sendo Liner opengesteld voor publiek. De Sendo Liner is het eerste binnenvaartschip dat emissieloos op batterijen kan varen.

De Sendo Liner is een dubbelschroefs containerschip met een geheel nieuw ontwikkeld onderwaterschip. Het schip is volledig geëlektrificeerd en wordt door één van de twee Volvo Penta generatoren (435 kWe elk) en/of het lithium-ion accupakket (560 kWh) van stroom voorzien.

Daarnaast heeft de Sendo Liner 32% minder vermogen nodig, stoot het 40% minder CO2 per vervoerde container uit ten opzichte van een conventioneel schip en is er 8% meer ruimte voor lading. Vanwege de modulaire opbouw zijn aanpassingen eenvoudig te realiseren. Dit zorgt tevens voor een sterke reductie van de onderhoudskosten.

De Sendo Liner maakt onderdeel uit van de binnenvaartpresentatie aan de Westerkade, van het Expertise- en InnovatieCentrum Binnenvaart en het Bureau Voorlichting Binnenvaart en kan op zaterdag 7 en zondag 8 september worden bezocht tussen 10.00 – 18.00 uur.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

Ms Antonie moet binnen enkele jaren op waterstof varen

ROTTERDAM Het ms Antonie van binnenvaartondernemer Harm Lenten moet binnen enkele jaren op groene waterstof gaan varen. Dat is althans de intentie van Lenten, de NPRC en zoutfabriek van Nouryon. De Antonie moet hiermee het eerste binnenvaartschip worden dat geen schadelijke emissies uitstoot.

De bedoeling is dat de Antonie straks zout gaat vervoeren van Nouryon’s zoutfabriek in Delfzijl naar de Botlek in Rotterdam. De groene waterstof wordt lokaal geproduceerd door Nouryon met duurzame elektriciteit. ‘Waterstof als brandstof is nu nog wel duurder dan andere brandstoffen’, vertelt Lenten. ‘Maar naarmate de technologie zich verder ontwikkeld zal dit steeds aantrekkelijker worden en dat maakt deze eerste stap ook zo belangrijk.’

Win-win
De stap is onderdeel van een bredere zogeheten Waterstofcoalitie Binnenvaart waarbij verladers en binnenvaartcoöperaties PTC en NPRC zich inzetten voor het verduurzamen van de vervoersketen. Waterstof is veiliger dan LNG en heeft als emissie geen CO2, maar louter water. Het initiatief maakt onderdeel uit van de ‘Green Deal’ van Minister van Nieuwenhuizen van Infrastructuur en Waterstaat dat vol staat met initiatieven om het transport over water zoveel mogelijk emissievrij te maken. De minister stelt € 15 miljoen beschikbaar voor de binnenvaartsector om innovaties te stimuleren. ‘Zo creëren we de schone brandstof voor vervoer van een deel van onze eigen producten. Een duurzame win-win’, aldus directievoorzitter Knut Schwalenberg van Nouryon Nederland.

Nog duurzamer
De NPRC onderzoekt, in samenwerking met verladers, ook andere alternatieven dan waterstof om binnenschepen te vergroenen, zoals biobrandstoffen, schone verbrandingsmotoren en elektrificatie van schepen. Met een waterstofschip is voor de maritieme wereld een enorme doorbraak in de energietransitie te realiseren. Als de aanstaande proef succesvol is zullen er naar alle waarschijnlijkheid meer schepen op waterstof gaan varen. ‘Dit is de eerste stap naar zero-emissie’, stelt NPRC-directeur Stefan Meeusen. ‘De technologie is er en met zijn drieën hebben we de slagkracht om te laten zien dat het kan; nog duurzamer vervoer over water.’ (Foto NPRC)

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

Onderzoek op negen schepen voor gebruik methanol als brandstof

ROTTERDAM Het projectconsortium Green Maritime Methanol heeft negen schepen geselecteerd voor onderzoek naar de toepassing van hernieuwbare methanol als brandstof. Het zijn zowel nieuwe ontwerpen en nieuwbouwschepen als bestaande schepen van Boskalis, Van Oord, Koninklijke Marine en Wagenborg.

Voor deze schepen wordt onderzocht wat de kosten zijn voor de aanschaf en het gebruik van methanol installaties in vergelijking met het gebruik van laagzwavelige marine diesel.
De schepen variëren in lengte van 40 tot 160 meter, in tonnage van 300 tot 23.000 dwt en in geïnstalleerd vermogen van 1 tot 12 MW. Elk van deze schepen heeft daarbij zijn eigen specifieke vaarprofiel, waardoor inzicht verkregen wordt over de haalbaarheid van methanol voor een bepaald scheepstype met een bijbehorende vaarroute en vaarsnelheden. Naast vrachtschepen wordt er ook gekeken naar ferries, baggervaartuigen en ondersteuningsvaartuigen die vooral in de kustwateren opereren. Voor elk scenario wordt onderzocht welke opties technisch, operationeel en economisch het meest aantrekkelijk zijn.
De partijen verwachten veel van de uitwisseling van de beschikbare kennis binnen het consortium en zien veel mogelijkheden om methanol als duurzame alternatieve brandstof in de maritieme sector in te gaan te zetten.

Partners
Green Maritime Methanol kent inmiddels de volgende partners: BioMCN, Boskalis, Bureau Veritas, C-Job Naval Architects, Damen Shipyards, Defensie Materieel Organisatie, Feadship, Helm Proman, Royal IHC, Koninklijk Instituut voor de Marine (KIM/FMW), Koninklijke Vereniging van Nederlandse Reders (KVNR), Lloyds Register, MARIN, Maritiem Kennis Centrum (MKC), Marine Service Noord (MSN), Methanol Institute, Port of Amsterdam, Port of Rotterdam, Pon Power, TNO, TU Delft, Van Oord, VIV, Wagenborg en Wärtsilä. Het project wordt ondersteund door TKI Maritiem en het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat en duurt tot december 2020.

Meer informatie is beschikbaar op www.greenmaritimemethanol.nl.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

Minister tekent Green Deal over twee weken

DEN HAAG Minister Cora van Nieuwenhuizen van Infrastructuur en Milieu is voornemens de Green Deal Zeevaart, Binnenvaart en Havens op 11 juni 2019 te ondertekenen. In het Algemeen overleg Maritiem in december vorig jaar zei ze nog dat het wellicht een mooi verjaardagscadeautje voor haar zou kunnen zijn. Ze is op 12 juni jarig.

Volgens de minister is sindsdien in nauwe samenwerking met de maritieme sector ‘hard verder gewerkt’ aan de totstandkoming van de Green Deal. ‘In het kader van de totstandkoming van deze Green Deal zijn in opdracht van haar ministerie door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RvO) studies uitgevoerd naar de innovatiestructuur voor de toepassing van elektrische voortstuwing in de binnenvaart en het instrumentarium van de Rijksdienst, de Europese Unie en provincies voor verduurzaming van de binnenvaart.’

Momenteel bevindt het overleg tussen de overheid en de maritieme sector zich volgens de minister in een laatste fase. In het AO Maritiem op 29 mei informeert de minister de Kamer over de laatste stand van zaken.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

Miljoen aan subsidie voor duurzame binnenvaart

ROTTERDAM Het ministerie van Infrastructuur en Milieu heeft voor 2019 een miljoen euro subsidie beschikbaar gesteld voor innovaties en duurzame projecten in de binnenvaart.

Deze subsidie kan specifiek worden aangevraagd voor projecten gericht op de reductie van CO2-, NOx- en PM-emissies en/of methaanslip bij de voortstuwing van binnenvaartschepen. Hierbij kan gedacht worden aan het gebruik van alternatieve brandstoffen, voor- of nabehandelingstechnieken, aanpassing van motormanagement en motorgebruik en de inrichting en gebruik van het schip.
De projecten kunnen demonstraties en ontwikkeling van nieuwe concepten, verdere optimalisaties of nieuwe combinaties van bestaande concepten zijn. Per project bedraagt de subsidie maximaal € 250.000.

Voor 1 augustus
Het aanvraagformulier kunt u downloaden via deze link. Voor vragen of meer informatie over deze regeling kunt u contact opnemen met het EICB, via 010 – 798 98 30 of per e-mail: info@eicb.nl.
De uiterste inleverdatum voor aanvragen is 1 augustus 2019. Een onafhankelijke Innovatieraad beoordeelt de ingediende projecten.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

Geen sprake van illegaal ontgassen op de Waal

DEN HAAG Er is voor het Rijk geen wettelijke grondslag om tegen ontgassen op de Waal op te treden. Minister Cora van Nieuwenhuizen antwoordt dat op vragen van Tweede Kamerlid Rutger Schonis (D66) over onder meer het ontgassen op de Waal bij Nijmegen. ‘Voor een totaal en algemeen verbod op het varend ontgassen moet eerst een juridische basis bestaan op grond waarvan kan worden gehandhaafd’, meldt de minister. ‘In dit geval is dat bij het in werking treden van het aangepaste Scheepsafvalstoffenbesluit.’

In de Gelderlander verschenen artikelen met koppen als ‘Tankers lozen elke dag illegaal kankerverwekkend gas vanaf de Waal en ‘Provinciaal ontgasverbod is een wassen neus’. Maar volgens Schonis verbiedt het Europees Verdrag inzake het internationaal vervoer van gevaarlijke goederen over de binnenwateren (ADN) per 1 januari van dit jaar binnenvaartschepen om te ontgassen rondom sluizen en dichtbevolkte gebieden. Daardoor zou het Rijk kunnen optreden tegen het ontgassen. Maar volgens de minister is dat niet het geval. ‘Het ADN verbiedt namelijk het ontgassen niet in het algemeen, maar stelt voorwaarden waaraan tijdens het ontgassen moet worden voldaan. Wel zal op basis van het ADN de regelgeving in de Wet vervoer gevaarlijke stoffen worden aangescherpt. Hierdoor kan vanaf de tweede helft van dit jaar in dichtbevolkte gebieden en bij bruggen en sluizen, inclusief voorhavens niet meer worden ontgast. In de taskforce ontgassen wordt op dit punt door RWS, de ILT en de provinciale handhavingsdiensten gezamenlijk een thema-actie voorbereid in de tweede helft van dit jaar.’

Snel mogelijk stoppen
Minister Van Nieuwenhuizen geeft overigens wel aan het varend ontgassen in Nederland zo snel mogelijk te willen stoppen. Zo werd op voorstel van Nederland het internationale Scheepsafvalstoffenverdrag aangepast. ‘Met het besluit van juni 2017 wordt het varend ontgassen van de meeste gevaarlijke stoffen op termijn verboden. Het uitstoten van carcinogene stoffen moet zo snel mogelijk worden gestopt. Er wordt dan ook alles aan gedaan om de benodigde regelgeving en praktische voorwaarden voor de uitvoering eind dit jaar af te ronden. Momenteel wordt gewerkt aan de implementatie in nationale regelgeving die nog in mei aan de Tweede Kamer zal worden voorgelegd. Mijn streven is om in 2020 de betreffende regelgeving in werking te kunnen laten treden. Voor de handhaving zijn RWS en ILT de aangewezen diensten.’

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

For Ever bunkert biobrandstof voor Heineken

MOERDIJK Het binnenvaartschip For Ever van Combined Cargo Terminals (CCT) heeft voor het eerst gebunkerd met 100% biobrandstof. Volgens de initiatiefnemers wordt tot wel 90% CO2-reductie behaald in vergelijking met het varen op een fossiele brandstof.

Het bunkeren van de 100% biobrandstof is het vervolg van een succesvolle pilot met Heineken in 2017, waarbij gevaren werd met een 30%-blend. Het project wordt mogelijk gemaakt door financiering uit de tijdelijke stimuleringsregeling ‘Schone binnenvaart en duurzame logistiek in Rotterdam’. Het Expertise en Innovatie Centrum Binnenvaart (EICB) ondersteunt het project in samenwerking met het Havenbedrijf Rotterdam waarvan schepen ook op biobrandstof varen.

Geen aanpassingen
De biobrandstof van GoodFuels is gemaakt van duurzame, gecertificeerde afvalstromen. Het is een fossielvrije, synthetische biobrandstof en een easy-to-use drop-in vervanger voor fossiele brandstof. Deze tweede generatie biobrandstof geeft bacterievorming geen kans en is in pure vorm direct inzetbaar in dieselmotoren, zonder aanpassingen aan het schip of de tankinfrastructuur. Er zijn dus geen grote investeringen nodig om op biobrandstof te varen en direct bij te dragen aan de reductie van CO2-uitstoot.

‘Deze 100% toepasbaarheid toont aan dat drop-in biobrandstof verreweg de snelste en makkelijkste manier is om binnenvaartschepen CO2-neutraal te krijgen’, vindt Dirk Kronemeijer als CEO GoodFuels. ‘Daarnaast draagt het bij aan het verbeteren van de luchtkwaliteit. Geweldig nieuws voor cargo-eigenaren zoals Heineken die nu de mogelijkheid hebben om een volledige groene corridor uit te voeren van hun brouwerij in Zoeterwoude naar grote exportmarkten zoals de VS.’

Bert van Grieken is als directeur multimodaal CCT eveneens tevreden. ‘Met dit gezamenlijke initiatief zetten we wederom de extra stap om klimaatambities te behalen. Dit onderstreept onze toewijding om onze klanten duurzame logistieke oplossingen aan te bieden.’

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

‘Stuur voor duurzame binnenvaart niet op certificaten’

DEN HAAG Een duurzame binnenvaart ligt binnen handbereik, maar dit vraagt wel een andere benadering door havens, vervoerders en verladers. In plaats van te sturen op certificaten voor bepaalde motoren en milieusystemen, zouden zij moeten kijken naar de werkelijk geboekte milieuwinst door een schipper. Dat stellen de partners van het Europese LIFE-project CLINSH (CLean INland SHipping).

‘De binnenvaart is van zichzelf al een duurzame vorm van transport’, stelt gedeputeerde Rik Janssen, voorzitter van het CLINSH-consortium. ‘Maar het kan nog duurzamer. Tot nog toe sturen klanten en ook havenbedrijven op bepaalde motortypen en milieusystemen. Terwijl uit onze praktijkmetingen naar voren komt dan andere schepen minstens zo schoon kunnen zijn als gecertificeerde schepen. Verduurzaming van de binnenvaart kan dus goedkoper, sneller en efficiënter.’

Nieuwe deelnemers
CLINSH is een demonstratieproject dat de effectiviteit en kosten van emissiereducerende technieken en alternatieve brandstoffen vanuit de praktijk in kaart brengt. CLINSH wordt ondersteund door het Europese LIFE fonds. De totale projectkosten zijn ruim 8,5 miljoen euro, waarmee 16 partners uit Nederland, België, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk samen met het Europese LIFE-fonds investeren in diverse projecten die bijdragen aan een duurzame binnenvaart.

Om naar meer gegevens te vergaren is CLINSH op zoek naar nieuwe binnenvaartschippers of reders die willen investeren in de verduurzaming van hun schip of vloot. Op alle schepen die deelnemen aan de praktijkproef wordt meetapparatuur geplaatst, waarna continu de uitstoot aan boord wordt gemeten. Dit moet informatie opleveren over de milieuprestaties en de operationele kosten bij verschillende technieken.

Aan de derde ronde van CLINSH kunnen maximaal 20 schepen deelnemen. De scheepseigenaren moeten bereid zijn te investeren in een SCR in combinatie met DPF, FWE of FWE+ in combinatie met (tijdelijk) GTL, Euro VI/NRE, 100% elektrisch, hybride of diesel-elektrisch of de installatie van elektronische common rail techniek. Ook is er ruimte voor schepen om in te zetten als controlegroep met: LNG, CNG, Euro VI motor, CCR1 of CCR2 motor of hybride techniek.

Tegemoetkoming
Vanuit het project CLINSH ontvangen geselecteerde schippers na de aanbesteding een financiële compensatie voor deelname aan het project. Voor het aanschaffen en laten installeren van de technologie kunnen de schippers tot 50% van de gemaakte kosten ontvangen. De schippers die al met een emissiereducerende technologie of alternatieve brandstof varen kunnen per schip maximaal 10.000 euro onkostenvergoeding krijgen. Wie deelneemt aan CLINSH kan dus een financiële compensatie krijgen voor het leveren van informatie die de verduurzaming van de binnenvaart versnelt. ‘Daarnaast levert deelname aan het project kennis op over de verschillende technieken en bereikte milieuvoordelen, en een koplopersrol binnen de sector. Goede milieuprestaties kunnen in het voordeel van de schipper werken bij het verkrijgen van lading of toegang tot een haven. Schippers kunnen nu een vergoeding krijgen voor aanpassingen die in de toekomst mogelijk verplicht worden.’

De aanbesteding
De derde Europese aanbesteding voor de praktijkproef van dit project, gericht op duurzaam vervoer over water, loopt van 13 maart tot en met 22 april 2019, 14.00 uur.

Alle benodigde informatie voor deze aanbesteding is te vinden via www.clinsh.eu. De aanbestedingsdocumenten kunnen worden opgevraagd door een e-mail te sturen naar tenderclinsh@pzh.nl, met als onderwerp ‘Notify Tender CLINSH’.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

Binnenvaart heeft 25 miljoen extra nodig voor CO2-reductie

ZOETERMEER De binnenvaart heeft 25 miljoen euro aan extra fiscale stimulering nodig om in 2030 de uitstoot van CO2 met 20% verminderd te hebben en in 2050 klimaatneutraal te kunnen varen. Dat concludeert onderzoeksbureau Panteia in haar rapport ‘Op weg naar een klimaatneutrale binnenvaart per 2050’.

De 25 miljoen euro extra heeft betrekking op de periode 2018-2050. De stimulering die Panteia voorstelt betreft overigens geen subsidie, maar mogelijkheden om de belastbare winst van binnenvaartondernemers te drukken. De bestaande regelingen EIA, MIA en VAMIL voldoen daarvoor, maar vereisen volgens Panteia wel ‘een smallere scope’. ‘Het wijzigen van deze regelingen kan leiden tot 16 Mton CO2-reductie in de periode 2018-2050, waarmee de CO2-emissie van de binnenvaart in 2050 nog maar 2,5% van de uitstoot bedraagt in het jaar 2016.

Belangrijk is volgens Panteia wel dat het verdienvermogen van de binnenvaartsector binnen deze periode op een gelijkwaardig niveau van het huidige niveau blijft. ‘Doordat veel van de vergroeningsprikkels via belastingaftrek lopen, is het belangrijk om binnenvaartondernemingen winst te laten maken.’ Ook moeten investeringen in conventionele verbrandingsmotoren, of deze nou gevoed worden door diesel of LNG, niet meer woerden gestimuleerd. ‘De huidige EIA voorziet wel in het stimuleren van zogenaamde energiezuinige verbrandingsmotoren, maar daarbij wordt enkele gekeken naar het specifieke brandstofverbruik en niet naar de grootte van de motor (kW) in relatie tot het inzetpatroon van het schip.’

Onzeker
Op de korte termijn is het volgens de onderzoekers van Panteia nog onzeker of er CO2-reductie gaat plaatsvinden. ‘De meest kansrijke methode hiervoor is het bijmengen van biobrandstof aan de diesel voor de binnenvaart. Momenteel gebeurt dit echter nog niet. Verder kan voor specifieke supplychains ingezet worden op batterij-elektrische schepen. Voorwaarden hierbij zijn korte en voorspelbare vaarafstanden. De zand- en grindsector alsmede de containervaart lenen zich hier goed voor.’

Op de lange termijn gaat de binnenvaart grote stappen zetten om de CO2-footprint terug te dringen. Dat gebeurt zowel met en zonder aanvullend beleid. In het laatste geval kan de CO2 emissie met 87% worden teruggedrongen. ‘Wordt er aanvullend beleid gevoerd, dan kan de uitstoot dalen tot slechts 2,5% van de uitstoot in het jaar 2016.’

Van 10 naar 2,50 euro
Het pad naar klimaatneutrale binnenvaart loopt volgens Panteia, grofweg geschetst, van dieseldirecte verbrandingsmotoren via dieselelektrische aandrijflijnen of batterij-elektrische aandrijflijnen naar waterstof. ‘Zonder aanpassingen in de fiscale regelingen rondom de binnenvaart (EIA, MIA, VAMIL) wordt waterstof pas interessant voor de binnenvaart vanaf het jaar 2035. Met stimuleringsmaatregelen, kan waterstof al interessant worden vanaf het jaar 2025. In 2030 varen er dan al bijna 400 schepen op waterstof rond. Belangrijk voor het succes van waterstof en het moment waarop waterstof zijn intrede gaat doen in de binnenvaartsector is de prijsontwikkeling. De huidige prijs van 10 euro per kg waterstof maakt waterstof niet interessant, maar zodra deze prijs rond de 2,50 euro per kg wordt, kan de binnenvaart grootschalig omschakelen.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.