Tag archieven: havens

Nijmeegse Waalkade afgesloten voor auto’s

NIJMEGEN De komende drie weken blijft de Nijmeegse Waalkade afgesloten voor auto’s die niets te zoeken op de kade. De gemeente Nijmegen hoopt hiermee de overlast van quads en scooters in het gebied te verminderen. De autoafzetplaats voor de binnenvaart blijft beschikbaar. Ook blijft voor toeleveranciers en bevoorrading van de binnenvaart de toegang vrij.

Tussen 15.00 en 24.00 uur staan verkeersregelaars bij de afsluiting op de Waalkade waarbij iedereen die op de Waalkade zich dient te melden. Bemanning van schepen en toeleveranciers moeten aan de verkeersregelaar aangeven dat men bij een schip moet zijn en dan verkrijgen ze toegang tot de kade. Buiten deze genoemde tijden kan men gewoon doorrijden.
Politie en handhavers blijven surveilleren in het gebied. Overlast kan gemeld worden bij de gemeente Nijmegen 14 024 of bij de politie via 0900-8844.
Na drie weken gaat de gemeente Nijmegen de situatie evalueren.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

 

25 miljoen voor ‘green port project’ Rotterdam

ROTTERDAM Een internationaal samenwerkingsverband van 45 bedrijven, kennisinstellingen en havens onder leiding van Havenbedrijf Rotterdam heeft bijna € 25 miljoen Europese subsidie gekregen voor het uitvoeren van tien pilots en demonstratieprojecten waarin duurzame en slimme logistiek in havens centraal staat.

De transportsector zal in de toekomst schone energie gebruiken, maar het is op dit moment nog ongewis welke soorten en voor welke transportmiddelen. Er zijn nu verschillende duurzame brandstoffen en energiedragers in ontwikkeling. Denk aan groene waterstof, grote elektrische batterijen, ammoniak en bio-LNG. Ze hebben allemaal hun pluspunten en uitdagingen. De een lijkt meer geschikt voor de scheepvaart, de ander voor toepassing in de haven zelf of voor het transport naar bestemmingen landinwaarts.

Ammoniak bunkeren
Sommige onderdelen van de keten van productie tot gebruik zijn al wel getest, andere nog niet. Het breed samengestelde, internationale onderzoeksprogramma richt zich vooral op die aspecten van het gebruik van de nieuwe brandstoffen en energiedragers die nog niet in de praktijk beproefd zijn. Het kan gaan om productie, transport, opslag, distributie (brandstoffen) en opladen (elektriciteit). Voorbeeld is het bunkeren van ammoniak als scheepsbrandstof en walstroom voor schepen die liggen afgemeerd aan boeien.

Ook zijn er projecten op het gebied van digitalisering en automatisering als onderdeel van de energietransitie. Daarnaast wordt getest hoe bedrijven het beste gestimuleerd kunnen worden om hun logistiek te verduurzamen. Tot slot is een van de projecten het maken van een masterplan hoe het transport in, naar en van havens in 2050 CO2-vrij kan zijn en wat daarvoor moet gebeuren in 2030 en 2040.

Samenwerking
In het onderzoeksproject werken de havenbedrijven van Rotterdam, DeltaPort (Duitsland), HAROPA PORT (Frankrijk: Le Havre, Rouen, Parijs) en Sines (Portugal) samen met 10 onderzoeksinstellingen en ruim 30 bedrijven uit Nederland, Duitsland, Frankrijk, Portugal, Denemarken en Zweden. Het onderzoeksproject heeft de naam MAGPIE gekregen: sMArt Green Ports as Integrated Efficient multimodal hubs. Het onderzoeksproject heeft een looptijd van 5 jaar.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

 

Vanwege lockdown daalt overslag containers

ESSEN De wereldwijde overslag van containers is in maart van dit jaar gestegen, de overslag in de Noord-Europese havens daalde echter. Dat blijkt uit de laatste cijfers van het Duitse RWI – Leibniz-Institut für Wirtschaftsforschung en het Instituts für Seeverkehrswirtschaft und Logistik (ISL).

De index van beide instituten steeg in januari van 121,4 naar 122,6. In de Chinese havens nam de afhandeling van containers licht toe. De zogenoemde Nordrange-Index daalde echter van 111,1 naar 108,8. Deze index geeft informatie over de economische ontwikkeling in het noordelijke eurogebied en in Duitsland zoals de havens van de havens van Le Havre, Zeebrugge, Antwerpen, Rotterdam, Bremen/Bremerhaven en Hamburg. Sinds januari is de Nordrange-Index met 8,4 punten gedaald. Dit betekent volgens de onderzoekers dat deze havens nu veel last hebben van de lockdown. ‘De beperkingen van de sociale activiteiten in Europa hebben er mogelijk toe bijgedragen dat de index weer daalt. De vooruitgang die bij de vaccinaties wordt geboekt, moet de komende maanden echter een versoepeling mogelijk maken. Dat zal dan ook de internationale handel stimuleren.’

De index
Voor de index voor de wereldwijde containeroverslag verwerken de Duitsers de overslagcijfers van containers in 91 internationale havens. Deze havens vertegenwoordigen ongeveer 60% van de wereldwijde containeroverslag. De zogenoemde snelle schatting voor maart 2021 is gebaseerd op de cijfers van de havens die ongeveer 72 procent van de overslag van de index vertegenwoordigen.
Omdat veel havens die meewerken aan de index al twee weken na het einde van een maand verslag uitbrengen over hun activiteiten, is de Duitse index volgens RWI / ISL een betrouwbare indicator van de ontwikkeling van de internationale handel en daarmee van de wereldwijde economische activiteit.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

Overslag haven Rotterdam stijgt 3%

ROTTERAM De goederenoverslag in de haven van Rotterdam is in het eerste kwartaal van dit jaar met drie procent gestegen in vergelijking met dezelfde periode vorig jaar. De overslag steeg naar 115,8 miljoen ton. Daarmee zet de haven van Rotterdam een volgende stap in het herstel na de daling van de overslag in 2020 als gevolg van de COVID-19 pandemie.

Bij de containers steeg het aantal overgeslagen teu met 4,5%. Dat de overslag gemeten in tonnen licht daalde (-0,7%), kan enerzijds worden verklaard door een stijging van het aantal lege containers en anderzijds door een gemiddeld lager gewicht per container.

Biomassa
De overslag van biomassa nam toe (+36,7%) als gevolg van sterk opgevoerde bijstook in de Amer 9 centrale in Geertruidenberg. Binnen het segment kolen was sprake van een sterke vraag naar energiekolen als gevolg van de koude winter. Ook een aantrekkende vraag naar cokeskolen was positief voor de kolenoverslag (+25,2%). De stukgoedoverslag nam toe door groeiende vraag naar non-ferro en staal.

Olieproducten
De overslag van olieproducten groeide vooral door meer af- en aanvoer van stookolie en gasolie/diesel. Zo zorgde het laden van twee mammoettankers (VLCC) met stookolie voor transport naar Singapore voor meer overslag.

LNG
De volumedaling bij LNG (-26,8%) werd veroorzaakt door geringere importen. Hogere prijzen in Azië zorgden ervoor dat transport naar die markt aantrok. De daling bij agribulk (-8,6%) kan worden toegeschreven aan ruime voorraden. Binnen het segment overig nat massagoed (-2,8%) groeide de overslag van biobrandstoffen licht. De overslag van plantaardig massagoed en chemie gaven daarentegen dalingen te zien.

De RoRo overslag (+3,4%) lag in het eerste kwartaal op een normaal niveau. Dat mag opmerkelijk worden genoemd, gezien de post-Brexit situatie waarin douaneformaliteiten gelden sinds 1 januari.

‘Positief beeld’
CEO Allard Castelein van het Havenbedrijf Rotterdam spreekt over het geheel genomen van een positief beeld over het eerste kwartaal. ‘Voor ondernemingen in handel en logistiek blijven het evenwel turbulente tijden. De meest actuele uitdaging is de logistieke afhandeling na de Suez-stremming. Havenbedrijf Rotterdam zet daarbij alles op alles om zijn klanten bij te staan, bijvoorbeeld met een real-time overzicht van aankomsttijden op alle deepsea terminals.’

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

 

Containeroverslag stabiel

ESSEN De wereldwijde containeroverslag blijft ondanks de vele lockdowns in Europa stabiel. De containeroverslagindex van het Duitse RWI en ISL steeg in februari zelfs licht met 0,8 punt naar 123,0.

Hoewel de wereldwijde containeroverslag zich nog steeds op een hoog niveau begeeft, daalde de overslag in de Europese havens. De Nordrange-Index voor de Noord-Europese havens daalde licht van 117,5 tot 115. Deze index geeft informatie over de economische ontwikkeling in het noordelijke eurogebied en in Duitsland zoals de havens van de havens van Le Havre, Zeebrugge, Antwerpen, Rotterdam, Bremen/Bremerhaven en Hamburg. Ook in de Chinese havens daalde de overslag van containers, in de rest van de wereld steeg de containeroverslag juist.

De index
Voor de index voor de wereldwijde containeroverslag verwerken de Duitsers de overslagcijfers van containers in 91 internationale havens. Deze havens vertegenwoordigen ongeveer 60% van de wereldwijde containeroverslag. De zogenoemde snelle schatting voor januari 2021 is gebaseerd op de cijfers van de havens die ongeveer 63% procent van de overslag van de index vertegenwoordigen.
Omdat veel havens die meewerken aan de index al twee weken na het einde van een maand verslag uitbrengen over hun activiteiten, is de Duitse index volgens RWI / ISL een betrouwbare indicator van de ontwikkeling van de internationale handel en daarmee van de wereldwijde economische activiteit.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

Real-time overzicht versnelt afhandeling Suez-schepen

ROTTERDAM Om transporteurs, verladers en andere marktpartijen actueel inzicht te bieden in de aankomsttijden van schepen hebben Havenbedrijf Rotterdam, dochteronderneming Portbase en vijf deepsea terminals een real-time digitaal overzicht van aankomsttijden ontwikkeld. Vooralsnog wordt de service aangeboden tot en met 9 mei. Dit omdat als gevolg van de stremming van het Suezkanaal veel zeeschepen vertraging oplopen en deze schepen daarom kort achter elkaar arriveren in Rotterdam waardoor veel planningen verschuiven.

Transporteurs, verladers en eindontvangers van goederen kunnen nu vroegtijdig zien wanneer welke schepen gepland zijn om in Rotterdam behandeld te worden. Het overzicht op de website van Portbase is uniek omdat het marktpartijen in één centraal overzicht rechtstreeks inzicht biedt in de terminalplanningen van alle deepsea terminals in de haven van Rotterdam. Daardoor biedt deze website de meest betrouwbare informatie over aankomst van schepen in de haven van Rotterdam.

Allard Castelein, CEO van Havenbedrijf Rotterdam: ‘We staan onze klanten graag ten dienste met digitale oplossingen. Vervoerders die containers moeten ophalen uit de haven van Rotterdam kunnen met behulp van dit real-time digitale overzicht ruim voordat het schip de haven van Rotterdam bezoekt reeds voorbereidingen treffen. Dat kan de vlotte afhandeling van containers bespoedigen, zeker van de lading die nu later aankomt in Rotterdam als gevolg van de stremming van het Suezkanaal. Deze dienstverlening toont de meerwaarde aan van het delen van data voor de gehele logistieke keten’.

Accuraat
De website www.portbase.com/suez is voor iedereen gratis toegankelijk, werkt zonder inlog en kijkt verder vooruit dan andere traceerwebsites. Die bieden doorgaans maximaal 48 uur vooruit inzicht en zijn minder betrouwbaar omdat zij geen toegang hebben tot de terminal planning. Bezoekers van de website kunnen er ook informatie vinden over traceermogelijkheden nadat lading is gelost in de haven van Rotterdam.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

‘Verstoringen in zeehavens frustreren binnenvaart’

ROTTERDAM De afgelopen periode is er volgens het Centraal Bureau voor Rijn- de Binnenvaart (CBRB) in een toenemende mate sprake van hinder door de verschuivende Cargo Opening Times (COT) en Cargo Closing Times (CCT), het moment waarbinnen containers kunnen worden aangeleverd voor export op de zeehaventerminals, in de havens van Rotterdam en Antwerpen. Het effect zorgt niet alleen voor verstoorde planningen, maar ook voor frustratie tussen achterlandvervoerders en hun opdrachtgevers.

Waar de reactie van opdrachtgevers in de richting van de achterlandvervoerders in eerste instantie logisch lijkt, ligt de daadwerkelijke oorzaak en daarmee ook de invloed op het effect volgens het CBRB bij een andere schakel binnen de logistieke keten. ‘Het steeds grilligere patroon in de aankomsten van de zeeschepen, momenteel vaart minder dan de helft van de mondiale containerlijnvaart volgens schema, in combinatie met de trend in vernauwing van de COT en CCT, door ruimtegebrek bij de zeehaventerminals, dragen in belangrijke mate bij aan het ontstaan van de huidige problematiek.’

COT en CCT
De COT en CCT vinden hun oorsprong in de schaalvergroting en daarmee ook de grotere callsizes bij de zeeschepen. De CCT is vooral bedoeld om op enig moment voorafgaand aan de aankomst van het zeeschip alle geboekte containers (zowel fysiek als administratief in orde) op de zeehaventerminal binnen te hebben. De COT is juist bedoeld om te voorkomen dat er vroegtijdig al grote hoeveelheden containers bestemd voor de export op de zeehaventerminal worden aangeleverd, met het gevaar op onder andere overbelaste stacks en het vastlopen van de terminal. Voor aanvang van de COT worden containers niet aangenomen door de zeehaventerminal. Dat geldt ook voor containers die al onderweg zijn vanaf het achterland en bij aankomst in de zeehaven worden geconfronteerd met een aangepaste COT en CCT.

ETA
Leidende factor voor deze twee timestamps is de Estimated Time of Arrival (ETA) van het zeeschip. Echter, zodra de ETA van het zeeschip wijzigt of de boeking door de rederij wordt doorgeschoven naar een volgende afvaart (rollover), heeft dit in veel gevallen ook effect op de eerder bepaalde en inmiddels in de keten gecommuniceerde COT en CCT van de boeking. Met name door de aanhoudende schaalvergroting in combinatie met het grillige patroon in de Actual Time of Arrival van de zeeschepen is het effect van een vertraagde en/of een gewijzigde rotatie van het zeeschip op het onderliggende proces steeds duidelijker zichtbaar geworden. Dit onderstreept het belang van correcte en geactualiseerde informatie tussen en het nemen van verantwoordelijkheden door de juiste partijen in de logistieke keten.

Informeren
Een belangrijke rol in de informatiestroom rond de ETA, de COT en de CCT is weggelegd voor de partij die de exportboeking bij de rederij heeft geplaatst, veelal verladers of expediteurs. In de in het najaar van 2019 gepubliceerde guideline containerbinnenvaart is reeds aandacht besteed aan de specifieke rol van deze partijen en het informeren van de achterlandvervoerders over wijzigingen die optreden in de planning van hun containers. Het vervoer per achterlandmodaliteit is feitelijk een afgeleide van de exportboeking en de daaraan gekoppelde parameters, de achterlandvervoerder heeft verder geen directe invloed op deze randvoorwaarden.

Op de hoogte
Bij een aanpassing van de ETA van het zeeschip of in geval van een doorgeschoven exportboeking is het van belang dat de verlader of expediteur zich primair via de rederij op de hoogte laat stellen van de wijziging en de gevolgen. Vervolgens dienen de verlader of de expediteur er zorg voor te dragen dat de actuele informatie bij de achterlandvervoerder terecht komt, zodat ook zij tijdig kunnen anticiperen op de veranderende omstandigheden. In het geval van achterlandvervoer zijn de actuele COT en CCT voor een exportboeking vervolgens bepalend of de container wel of niet kan vertrekken richting de zeehaven.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

ACM tevreden over planningscriteria ECT voor binnenvaart

ROTTERDAM ECT heeft de criteria voor de planning van binnenvaartschepen zodanig verbeterd dat de Autoriteit Consument & Markt (ACM) tevreden is. Door de nieuwe planningscriteria weten binnenvaartondernemers die containers richting het achterland vervoeren op welke manier de planning tot stand komt en aan welke eisen zij moeten voldoen om prioriteit te krijgen.

In 2018 kwam het beeld naar voren dat ECT bij het plannen van het laden en lossen van binnenvaartschepen soms gelijke gevallen niet gelijk zou behandelen. Daarnaast bleek het voor sommige binnenvaartschippers niet duidelijk aan welke eisen zij moesten voldoen om prioriteit te krijgen binnen het planningssysteem van ECT. De ACM zag daardoor concurrentierisico’s. ‘De nu gebruikte planningscriteria van ECT zijn objectief, redelijk, niet discriminerend en transparant voor alle binnenvaartondernemers.’

Nextlogic
In de loop van 2021 gaan bedrijven in de Rotterdamse haven waarschijnlijk Nextlogic gebruiken. Nextlogic is een online planningssysteem voor de afhandeling van binnenvaartschepen waar verschillende diepzeecontainerterminals, vervoerders en andere dienstverleners bij zijn aangesloten. Met de introductie van Nextlogic zal een groot deel van de binnenvaartschepen niet langer door individuele containerterminals worden ingepland, maar gebeurt dit centraal. De ACM blijft ook die ontwikkeling in de Rotterdamse haven volgen.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

 

Havenbedrijf Rotterdam begint proef met gemengd afmeren

ROTTERDAM Havenbedrijf Rotterdam begint op 5 april een proef met het gemengd afmeren van binnenvaartschepen met gevaarlijke lading. De zogenoemde 1-kegel- en 2 kegelschepen kunnen dan zonder afstand naast elkaar en naast schepen zonder gevaarlijke lading afmeren. Uit onderzoek blijkt dat dit kan. Het loopt daarmee vooruit op de nieuwe landelijke beleidsregel over gemengd afmeren van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en de toekomstige aanpassing van het Binnenvaartpolitiereglement (BPR).

Sinds de regels over minimale afmeerafstanden in het BPR zijn vastgelegd, is er veel veranderd in de binnenvaartsector als het gaat om veiligheid in scheepsconstructies voor het op- en overslaan van gevaarlijke stoffen. In 2020 heeft Havenbedrijf Rotterdam door een extern bureau laten onderzoeken of de afmeerafstanden nog actueel zijn. Uit die risico-analyse is geconcludeerd dat de afmeerafstanden met betrekking tot schepen die bepaalde gevaarlijke stoffen vervoeren uit artikel 7.07 lid 1 BPR achterhaald zijn. Daarom is de havenmeester van Rotterdam, samen met Rijkswaterstaat en alle betrokken partijen gestart met een proces dat moet leiden tot afmeerafstanden die passen bij het huidige veiligheidsniveau in de binnenvaart. Het Ministerie van I&W heeft aangegeven dat vóór het einde van 2021 een beleidsregel van kracht zal worden totdat aanpassing van de regelgeving is gerealiseerd. Vooruitlopend daarop gaat Havenbedrijf Rotterdam bij wijze van proef alvast ervaring opdoen met gemengd afmeren in de Rotterdamse haven.

De proef
De locaties voor de proef liggen in het Hartelkanaal ter hoogte van oeverfrontnummers 6079 en 6081; de Antarcticakade (oeverfrontnummers 8244 en 8249), in de 2e petroleumhaven (oeverfrontnummer 3008); en in het Calandkanaal (oeverfrontnummers 5389, 5387, 5386 en 5384).

Niet alle schepen mogen op die locaties afmeren. De schepen die zijn uitgesloten van deelname aan de pilot, zijn:

  • binnenschepen die gevaarlijke goederen vervoeren waarvoor drie bijkomende tekens zoals bedoeld in artikel 3.14 lid 3 BPR gevoerd dienen te worden;
  • binnenschepen die lading in droge bulk vervoeren waarbij de aanvullende eis VE03 uit randnummer 7.1.6.12 van het ADN van kracht is;
  • binnenschepen geladen met bulklading in vaste vorm waarvan de lading met ontsmettingsmiddelen is behandeld en die nog onvoldoende vrij is van ontsmettingsmiddelen;
  • een duwbak of duwbakken die niet aan een duwboot is of zijn gekoppeld;
  • passagiersschepen;
  • pleziervaartuigen;
  • enkelwandige binnentankschepen die gevaarlijke stoffen vervoeren, uitgezonderd bilgeboten;
  • binnenschepen, niet zijnde bunkerschepen die lading vervoeren met een vlampunt van 55 graden Celsius of hoger, waarbij de aan boord zijnde gevaarlijke lading niet is aangemeld in het IVS next1, of;
  • zeeschepen waarvoor geen binnenvaart certificaten zijn afgegeven.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

Groeiende wereldhandel stuwt containeroverslag

ESSEN De wereldwijde overslag van containers is in januari van dit jaar zodanig gestegen dat de overslag terug lijkt te keren op het groeipad van voor de Corona-crisis. Het Duitse RWI – Leibniz-Institut für Wirtschaftsforschung en het Instituts für Seeverkehrswirtschaft und Logistik (ISL) trekt uit de lichte stijging de conclusie dat de wereldhandel weer aan het aantrekken is.

De index van beide instituten steeg in januari van 119 naar 120,8. Met name in de Chinese havens nam de afhandeling aanzienlijk toe. In de overige havens steeg de containeroverslag slechts matig.
De zogenoemde Nordrange-Index steeg wel flink, van 114,8 naar 117,9. Deze index geeft informatie over de economische ontwikkeling in het noordelijke eurogebied en in Duitsland zoals de havens van de havens van Le Havre, Zeebrugge, Antwerpen, Rotterdam, Bremen/Bremerhaven en Hamburg. Ook deze index keert hiermee terug naar het groeipad van voor de Corona-crisis.

De index
Voor de index voor de wereldwijde containeroverslag verwerken de Duitsers de overslagcijfers van containers in 91 internationale havens. Deze havens vertegenwoordigen ongeveer 60% van de wereldwijde containeroverslag. De zogenoemde snelle schatting voor januari 2021 is gebaseerd op de cijfers van de havens die ongeveer 63% procent van de overslag van de index vertegenwoordigen.
Omdat veel havens die meewerken aan de index al twee weken na het einde van een maand verslag uitbrengen over hun activiteiten, is de Duitse index volgens RWI / ISL een betrouwbare indicator van de ontwikkeling van de internationale handel en daarmee van de wereldwijde economische activiteit.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.