Tag archieven: havens

Haven Stein geschikt voor grotere schepen

STEIN Aannemer Boskalis heeft de verruiming van het Julianakanaal rond de haven van Stein afgerond. Het kanaal is over een lengte van 400 meter breder en dieper gemaakt. Hiermee is het Julianakanaal ter hoogte van Haven Stein geschikt voor grotere en diepere binnenvaartschepen.

De bestaande oever aan de oostzijde van het kanaal is vervangen door een verticale damwand. Daarnaast is de oorspronkelijke kanaalbodem ontgraven en is er een nieuwe waterremmende laag aangebracht. Ook is de Mauritsduiker deels verwijderd, omdat hij niet meer werd gebruikt.

Verruiming
Het verruimen van het Julianakanaal is een onderdeel van het project Maasroute. Dit project heeft als doel, het geschikt maken van de Maasroute voor grotere binnenvaartschepen. Na afronding van dit project kunnen schepen van 190 meter lang, 11,4 meter breed en een diepgang van maximaal 3,5 meter over de Maas en het Julianakanaal.

Het volgende hoofdstuk in de verruiming betreft het verdiepen en verbreden van het Julianakanaal tussen Berg en Obbicht. Over een lengte van 3 kilometer wordt een nieuwe waterremmende bodemlaag en beschermlaag aangebracht. De oostelijke oever wordt voor een deel verplaatst. Het Julianakanaal blijft tijdens de werkzaamheden beschikbaar voor de scheepvaart.

In het verlengde van de werkzaamheden tussen Berg en Obbicht wordt ook de bodem van het Julianakanaal verdiept bij de Berghaven ter hoogte van Born. Hiervoor worden baggerwerkzaamheden uitgevoerd. Waar nodig wordt een nieuwe waterremmende laag aangebracht. De werkzaamheden tussen Berg en Obbicht en bij Berghaven starten in januari 2022. Ook tijdens deze werkzaamheden blijft scheepvaart mogelijk op het kanaal. (Foto Rijkswaterstaat)

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Ook Willems is lid van Aqualink. Meld u nu ook aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

AVG en Teunesen willen haven Heijen uitbreiden

HEIJEN De bedrijven AVG Beheer en Teunesen Zand en Grint willen de bestaande haven in Heijen uitbreiden. Beide bedrijven hebben meer ruimte nodig voor hun werkzaamheden. Ook kunnen zich na de uitbreiding nieuwe watergebonden bedrijven vestigen op het nog te ontwikkelen bedrijventerrein. Maar er zijn ook vragen van omwonenden.

AVG is al 100 jaar een familiebedrijf. Het bedrijf ontwikkelde zich van een kleinschalig grondverzetbedrijf naar een bedrijf met meerdere vestigingen in Nederland en Duitsland. Anno 2021 levert AVG verschillende diensten op het gebied van bouwstoffen, infra, transport en explosieven opsporing. Teunesen is inmiddels bijna 80 jaar leverancier van zand en grind voor de woning-, utiliteits- en wegenbouw en betonindustrie. De winningslocaties liggen verspreid over Zuid-Nederland, Duitsland en België. Vanaf de productielocaties en vanaf de haven in Heijen vindt het zand en grind zijn weg naar de afnemers. Het vervoer gaat deels over de weg en uit milieu- en capaciteitsoverwegingen steeds vaker via het water. ‘Sinds een aantal jaren stijgt de vraag naar bedrijventerreinen met overslagmogelijkheden aan het water’, stellen beide bedrijven. ‘De stuk- en goederenoverslag via water neemt toe en mede daardoor hebben bedrijven een groeiende behoefte aan vervoer per schip. Nationale en internationale overheden stimuleren verder vervoer over water. De haven in Heijen en de uitbreiding daarvan passen in het plaatje. De haven is gunstig gelegen op een kruispunt van vaar- en snelwegen en de uitbreiding sluit aan op de bestaande haven en het bedrijventerrein.’

Geul en draaikom
De bestaande binnenhaven van Heijen is onderdeel van het bedrijventerrein Hoogveld en ligt op ongeveer 300 meter afstand van de dorpsrand van Heijen. Door de groeiende vraag naar meer vervoer over water hebben AVG en Teunesen behoefte aan uitbreiding van de haven en een nieuw bedrijventerrein voor watergebonden bedrijvigheid. Werner Teunesen legt uit waarom de bedrijven meer ruimte in de haven in Heijen nodig hebben. “We werken met meer soorten goederen die meer plek in beslag nemen. Het bestaande haventerrein is overvol geworden. Door uit te breiden kunnen we de overslag van bulkgoederen op een goede en veilige manier blijven afhandelen.’

Directeur Ramon Janssen van AVG en Werner Teunesen van Teunesen Zand en Grint. Beide bexdrijven hebben meer ruimte nodig in de haven van Heijen. (Foto AVG/Teunesen)

Voor het bekostigen van de uitbreiding van de bestaande haven in Heijen komt vier miljoen euro uit de Europese subsidiepot van Connecting Europe Facility. Hiervoor wordt een nieuw watergebonden bedrijventerrein van zo’n 13 hectare aangelegd met overslagkade. Tevens wordt een toegangsgeul gegraven, geschikt voor schepen van klasse Vb. De geul is acht meter diep, inclusief drie meter sedimentatieruimte, zodat de haven minder vaak uitgebaggerd hoeft te worden. De draaikom in het meest zuidelijke deel van de nieuwe havengeul heeft een oppervlakte van circa 4,6 hectare, zodat schepen kunnen draaien.
Binnen het plangebied komt ruim tien hectare 10 natuur, buiten het plangebied wordt ongeveer vijf hectare nieuwe (Maasheggen)natuur en dassenfoerageergebied ontwikkeld.

Vragen
Samen met directeur Ramon Janssen van AVG heeft Teunesen regelmatig met omwonenden en andere betrokkenen gesproken over de uitbreiding van de haven in Heijen. Samen met de gemeente Gennep organiseerden ze zelfs excursies om de omwonenden te informeren over de uitbreiding. De twee begrijpen dat de uitbreiding van de haven vragen bij omwonenden oproept. Hun ideeën en wensen werden dan ook meegenomen in het ontwerpbestemmingsplan. Zo werd het onderwaterdepot voor de opslag van grind geschrapt, blijft de natuurlijk ingerichte strekdam tegenover het bedrijf ForFarmers behouden en komt er meer ruimte voor natuur, fiets- en wandelmogelijkheden. Op deze manier behouden de woonarkbewoners een prettig uitzicht en wordt eventuele overlast vermeden. ‘We komen tegemoet aan de wensen om meer natuur aan te leggen’, zegt Janssen. ‘Extra natuur met recreatieve voorzieningen om te wandelen en te vissen horen er zeker bij. De gemeente wil op het bedrijventerrein duurzaamheid een grotere rol laten spelen. Daarvoor worden zonnepanelen op nieuwbouw verplicht en het gebruik van elektrisch vervoer gestimuleerd.’

Geen containers
Zorgen van de omwonenden over een toenemend aantal vervoersbewegingen als de haven is uitgebreid, kan Teunesen wegnemen. ‘Bepaalde categorieën bedrijvigheid met zeer veel vervoersbewegingen krijgen op voorhand geen toestemming zich op het bedrijventerrein te vestigen. Daarnaast verwachten we meer vervoer over water, ook van schip naar schip, waardoor het vervoer over de weg vermindert zodra de uitbreiding van de haven in gebruik wordt genomen.’ Welke bedrijven zich op het nieuwe bedrijventerrein gaan vestigen is nog niet bekend. Een ding is wel duidelijk, er komt geen containerhaven. De gemeente Gennep heeft aangegeven dat dit niet is toegestaan.

Daarnaast is de uitbreiding van de haven volgens AVG en Teunesen niet alleen belangrijk voor de huidige en toekomstige bedrijfsvoering, maar ook voor de bedrijfsvoering van andere bedrijven in Heijen en de gemeente Gennep. Een deel daarvan maakt momenteel al gebruik van de bestaande havenfaciliteiten. Verder zal de uitbreiding van de haven ook zorgen voor meer werkgelegenheid. ‘Een grotere haven is niet alleen gunstig voor de bedrijven die er zich vestigen, ook voor transporteurs, toeleveranciers en andere gebruikers. Daarnaast zorgt de nieuw te graven toegangsgeul voor een betere doorstroming van de Maas bij hoog water. Hierdoor zal de omgeving beter beschermd zijn bij hoge waterstanden van de Maas, zoals een aantal weken geleden.’

Meer info nodig
Voordat de gemeente Gennep een besluit neemt over het bestemmingsplan, werden de milieueffecten onderzocht in een milieueffectrapport (m.e.r.). De onafhankelijke Commissie m.e.r. heeft dit rapport beoordeeld en hierover een advies uitgebracht. De commissie waardeerde de duurzaamheidsmaatregelen in het plan en is positief over de bijdrage aan natuurherstel en -ontwikkeling. Ook dragen de toegangsgeul en draaikom positief bij aan de hoogwaterbescherming in het gebied. De bedrijven moeten het m.e.r. op één onderdeel aanvullen. De Commissie vindt de informatie over de benodigde extra ruimte aan havencapaciteit en bedrijventerrein nog te algemeen en wil een uitgebreidere onderbouwing. Zowel Teunesen als AVG beloofden met een aanvulling te komen.
Vanaf het moment dat de gemeenteraad van Gennep het startsein heeft gegeven voor de uitbreiding van de haven, duurt de realisatie van het project twee tot drie jaar.

Blueports Limburg
Het stimuleren van vervoer over water door het uitbreiden van de haven van Heijen sluit volgens de initiatiefnemers ook aan bij ‘Blueports Limburg’, het samenwerkingsverband tussen de Provincie, Rijkswaterstaat en de Limburgse havengemeenten waartoe Gennep behoort. Limburg wordt in dit verband gepromoot als economisch sterke regio in het achterland van de zeehavens Rotterdam en Antwerpen en het Duitse achterland. De regio rondom Heijen krijgt door de uitbreiding van de haven een economische impuls en het goederenvervoer kan over water duurzaam blijven groeien.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Ook Willems is lid van Aqualink. Meld u nu ook aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

Maas Binnenvaartmuseum treedt naar buiten

MAASBRACHT Een blauwe golf op de vloer van het museum en blauwe voetstappen die naar de kade leiden van de Maasbrachtse haven. Het Maas Binnenvaartmuseum treedt naar buiten, onder meer met de nieuwe stuurhut waarin bezoekers kunnen zien waar de binnenschipper werkt. In de haven liggen ook de historische tjalk Nooit volmaakt, de sleper Limburgia en de rondvaartboot de Gouverneur van Limburg te wachten op bezoekers. In de kelder van het museum is nu een expositie te bewonderen over de Limburgse zand en grindwinning.

In de kelder van het museum is nu de expositie over de Limburgse zand- en grindwinning te zien. Voor de bezoeker de kelder afdaalt, krijgt hij op een scherm te zien hoe grind is ontstaan. In de kelder gaat het van de droge grindwinning over in de natte grindwinning, waardoor de Maasplassen ontstonden. In ‘verrassingkastjes’ staat onder meer bij de winning gebruikt materiaal op miniformaat, in een volgende video worden de toepassingsmogelijkheden van zand en grind uitgelegd zoals voor het maken van beton. ‘In Limburg hadden we al een mijnmuseum, en nu hebben we ook een zand- en het grindmuseum’, vertelt voorzitter Ton Forschelen. (Foto Erik van Huizen)

Drie jaar geleden werd begonnen met de verbouwing van het Maas Binnenvaartmuseum. Dat was nodig omdat de provincie Limburg, de gemeente Maasgouw en Maasgrind, een verzameling van zeven grindbedrijven, vonden dat het museum nodig aan modernisering en professionalisering toe was. Omdat plaats moest worden gemaakt, werden allereerst twee depots gemaakt waar de niet tentoongestelde collectie kon worden opgeborgen. Ook werd het verhaal over de binnenvaart in thema’s gevat zoals over de Maas, het Julianakanaal, de haven van Maasbracht en kunstwerken. Doorzichtige vitrines werden met blauwe wanden onderdeel van de nieuwe blauwe golf op de vloer. Deze golf voert de bezoekers langs talloze zaken die herinneren aan de rijke geschiedenis van de schippersbeurs en het heden en verleden van de binnenvaart, van een viking schip die de Maas heeft bevaren, tot een model van een skûtsje, klipper, tjalk en moderne schepen zoals een duwboot.

Voorzitter Ton Forschelen van het Maas Binnenvaartmuseum bij de historische paviljoenjalk Nooit volmaakt uit 1889. Maasschipper Th. Hilkens voer vanaf 1928 met dit 16,76 meter lange en 4,16 meter brede schip in Midden-Limburg voornamelijk met zand, grind. In 1946 werd de Triumph-motor met een vermogen van 9 pk ingebouwd. In 1984 werd het schip uit de vaart genomen, in 1995 kocht het bestuur van het Maas Binnenvaartmuseum het schip aan. In de loop van de afgelopen jaren werd het schip in de verf gezet, de luiken vervangen, werden het roer, het berghout en het vlak vernieuwd en werden de motor, het drijfwerk en de zijschroef gerestaureerd. In de komende jaren wordt het schip verder teruggebracht in de staat 1946. (Foto Erik van Huizen)

Erkenning
De modernisering en de professionalisering van het museum leidde er in april van dit jaar toe dat het Maas Binnenvaartmuseum werd opgenomen in het Nederlands museumregister van de Stichting Museumregister Nederland. In 2020 waren het bestuur en de vrijwilligers het hele jaar bezig om te voldoen aan de strenge normen. Musea komen namelijk alleen in dit register als wordt voldaan aan 17 normen zoals veiligheidszorg, personeels- en vrijwilligersbeleid, collectieplan, herkomstonderzoek, educatiebeleid en inclusie en toegankelijkheid. Zo werd op de plek waar eerst geld kon worden gestort, het museum zit in een oud bankgebouw, een lift geplaatst.

In de voormalige kluskamer van het museum is nu de Schatkamer van de Maas gevestigd. Hier is van alles te bewonderen wat uit de Maas is gekomen. Zoals de botten van een gesneuveld paard uit een massagraf van 65 paarden uit de buurt van Maastricht en verschillende aardewerken en gerestaureerde gebruiksvoorwerpen. (Foto Erik van Huizen)

Naast de erkenning voor de professionaliteit waarmee het Maas Binnenvaartmuseum nu bedreven wordt, is dit predicaat ook een belangrijke stap om de continuïteit te waarborgen. Door de opname in het Museumregister kan het museum rekenen op een aanzienlijke jaarlijkse exploitatiesubsidie van de Gemeente Maasgouw. Deze financiële middelen zijn nodig om de kwaliteit van de collectie en bedrijfsvoering te behouden en verbeteren, maar zijn nu extra welkom vanwege de coronapandemie. Door de maatregelen ontving het museum in 2020 aanzienlijk minder bezoekers en liep daarmee veel inkomsten gemist.

De nieuwe stuurhut van het Maas Binnenvaartmuseum in de haven van Maasbracht, ook wel ‘het baken van vertrouwen’ genoemd. Het is niet alleen een mooi uitkijkpunt, maar bezoekers krijgen zo ook een kijkje aan boord van de binnenvaartschipper. De lift in de stuurhut, die bezoekers naar het steiger brengt om de schepen aldaar te kunnen bezichtigen, is vanwege de gevolgen van de coronapandemie nog niet klaar. (Foto Erik van Huizen)
De haven van Maasbracht met op de voorgrond de sleper Limburgia en linksvoor de rondvaartboot de Gouverneur van Limburg. (Foto Erik van Huizen)
Een maquette van het hellend vlak van Saint-Louis-Arzviller in het museum. Het leert de bezoeker dat deze scheepslift 17 sluizen vervangt. Het verval is 45 meter, de helling bedraagt 41%, het opgaande gewicht is ruim 70.000 kilo en het neergaande gewicht ruim 75.000 kilo. (Foto Erik van Huizen)

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Ook Willems is lid van Aqualink. Meld u nu ook aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

 

Daling overslag havens Noordzeekanaalgebied

AMSTERDAM De overslag van de zeehavens in het Noordzeekanaalgebied daalde in de eerste zes maanden van dit jaar met 6,8% naar 46 miljoen ton. Deze daling vond met name plaats in het eerste kwartaal van 2021. Volgens havenbedrijf Port of Amsterdam zijn de overslagcijfers geenszins te vergelijken met die van vorig jaar. Toen had de wereldwijde coronacrisis nog geen effect op de cijfers.

In de Amsterdamse haven werd in de eerste zes maanden van 2021 ruim 37 miljoen ton overgeslagen. Een daling van 7,6% ten opzichte van dezelfde periode in 2020, toen in het eerste halfjaar 40,2 miljoen ton werd overgeslagen. In de andere havens uit het Noordzeekanaalgebied is een herstel te zien. Weliswaar daalde in IJmuiden de overslag met 3,7% tot 8,5 miljoen ton, in Beverwijk steeg het overslagvolume met 14,5% tot 222 duizend ton. In Zaanstad was sprake van een stijging van de overslag met 7,3% tot 104 duizend ton.

Haven Amsterdam
De daling van overslag in de Amsterdamse haven in het eerste halfjaar komt met name door de daling van natte bulk, waarvan voornamelijk transportbrandstoffen. Deze daalde met 14,1% naar 21,8 miljoen ton, tegen 25,4 miljoen ton vorig jaar.
Het volume droge bulk steeg licht, in totaal met 2%. Er is een groei te zien van het steenkoolvolume ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. Een mogelijke oorzaak hiervan is het koude voorjaar van 2021. Ook de overslag van bouwmaterialen is gestegen, met ruim 12%. Hier zien we de toename van bouwsector als belangrijkste reden.
De overslag van containers steeg met 45,8%. Deze stijging is onder andere toe te schrijven aan de uitbreiding van de (short-sea-) lijndiensten. Maar ook in het herstel van de afzetmarkten, waardoor er met grotere volumes gevaren moet worden.

Geen cruiseschepen
Net als vorig jaar, ontving Amsterdam ook dit jaar nog geen zeecruiseschepen als gevolg van de coronapandemie. De riviercruise is in juni weer langzaam opgestart, waarbij de coronamaatregelen in acht worden genomen. Voor de tweede helft van het jaar, verwacht de Amsterdamse haven meer riviercruiseschepen te ontvangen. Aan het einde van het jaar verwacht de haven ook weer zeecruises te verwelkomen.

Markt stabiliseert
Volgens CEO Koen Overtoom van Port of Amsterdam is de ingezette daling van de overslag in 2020 zich nu langzaam aan het herstellen, met name in het tweede kwartaal van 2021. ‘Een uitschieter in de daling is te zien in de overslag van transportbrandstoffen zoals benzine en kerosine. De oorzaak hiervan is vooral te herleiden naar het zo goed als stilvallen van de vliegreizen door de coronacrisis. Nu deze markt weer aantrekt verwachten we dat de cijfers komende tijd een stijgende lijn laten zien.’

In dit eerste halfjaar ziet Overtoom een herstel in de containeroverslag, die in 2020 sterk daalde. Naast een nieuwe lijn vanuit Ierland, waar nu al grotere schepen op worden ingezet, zien we ook dat steeds meer bedrijven de binnenvaart verkiezen boven andere transportmiddelen. Hier profiteert de Amsterdamse haven van mee. (Foto Port of Amsterdam)

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Ook Willems is lid van Aqualink. Meld u nu ook aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

 

Overslag haven Rotterdam stijgt met kleine zes procent

ROTTERDAM De haven van Rotterdam zag in de eerste zes maanden van 2021 de overslag met 5,8% stijgen tot 231,6 miljoen ton. In het eerste halfjaar was er vooral meer aan- en afvoer van ijzererts, kolen en containers. Het Havenbedrijf verwacht dat de groei in de tweede helft van 2021 aanhoudt.

Ondanks de toename is het overslagvolume nog niet hersteld van de coronadip van vorig jaar.  De overslag van droog massagoed bedroeg 37,7 miljoen ton, een groei van 22,5% ten opzichte van het eerste halfjaar 2020. Vooral de opleving van de Duitse staalproductie leidde tot een grotere vraag naar ijzererts en schroot (+34,4%). Bijgevolg steeg ook de vraag naar cokeskolen bestemd voor hoogovens. Ook was er in deze periode veel meer vraag naar energiekolen voor stroomopwekking. Dat had te maken met de opleving van de economie en met de tegenvallende stroomproductie uit wind. Hoge gasprijzen maakten dat energieopwekking met kolen concurrerend was, de gestegen prijzen voor CO2-uitstootrechten ten spijt. De totale kolenoverslag steeg met +35,8% in het eerste halfjaar. Over meerdere jaren gezien neemt het volume kolen overigens af: in de periode 2015-2020 daalde het 44%.

Voorraad agribulk
De overslag van agribulk daalde met 8,9%. Vorig jaar lag de overslag van granen, oliezaden en veevoeders op een hoog peil ondanks de coronacrisis. De onzekerheid over mogelijke verstoringen in de aanvoer van voedingsmiddelen leidde er destijds toe dat handelaren en importeurs aanvankelijk veel agribulk inkochten. Vanaf oktober vorig jaar is de overslag echter gedaald omdat er in de loop van het jaar grote voorraden waren opgebouwd, onder andere van soja en mais.

Nat massagoed
Binnen de grootste overslagcategorie, te weten nat massagoed, was de groei minder uitbundig dan bij droog massagoed. De totale overslag van nat massagoed groeide met 1,1% naar 100,9 miljoen ton. Er waren lichte toenames in de overslag van minerale olieproducten (+3,7%) en ruwe aardolie (+0,4%). LNG toonde daarentegen een lichte daling (-4,7%). Ten aanzien van ruwe olie speelde mee dat de raffinageactiviteit in Nederland en Duitsland vanaf het begin van het tweede kwartaal weer boven die van 2020 lag. Vorig jaar was een dalende tendens te zien vanwege het begin van de covid-19 crisis.

De overslag van olieproducten was in het eerste kwartaal hoger dan in 2020 en in het tweede kwartaal lager, per saldo in totaal leidend tot meer overslag. De hogere overslag is vooral veroorzaakt door meer aanvoer van stookolie en nafta. Er kwam meer stookolie uit Rusland naar Rotterdam, vooral door minder directe export vanuit Rusland naar de VS. Nafta is een typisch importproduct. Meer vraag vanuit de chemische industrie leidde in dit geval tot meer import.

Bij de overslag van gasolie/diesel was er sprake van minder import en meer export. Zo is er meer naar de Verenigde Staten getransporteerd, onder andere vanwege de extreme koude daar. De overslag van kerosine daalde flink door de lage vraag.
Binnen de categorie Overig nat viel er een stijging te noteren bij biobrandstoffen en een lichte daling van chemieoverslag.

Containers en breakbulk
Gemeten in tonnen groeide de containeroverslag met 4,4% en gemeten in de standaardmaat TEU met 8,7%. Niet eerder werden in een halfjaar zoveel containers overgeslagen in Rotterdam.

De roll-on-roll-off overslag is goed hersteld in het tweede kwartaal na een sterke daling net na de Brexit begin 2021. Het tweede kwartaal was zelfs iets beter dan 2019. De volumes liggen fors (+8,8%) boven die van 2020. Daarbij moet worden aangetekend dat de halfjaarvolumes vorig jaar hard werden geraakt door de eerste corona lockdown in het tweede kwartaal. De overslag van het overig stukgoed nam toe met 14,7%, met name door toename van non-ferro metalen en staal.

Vooruitzicht
Havenbedrijf Rotterdam wil de (nieuwe) regering graag ondersteunen bij het realiseren van de klimaatdoelen. Daarvoor moet het nieuwe kabinet wel grote investeringen in infrastructuur helpen mogelijk maken. Ook heeft de Rotterdamse haven snel meer stikstofruimte nodig voor verschillende projecten op het vlak van de energietransitie. Blijft dit uit, dan kunnen onze ambities niet tijdig worden gerealiseerd en stagneert de verduurzaming van de industrie.

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Ook Willems is lid van Aqualink. Meld u nu ook aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

Nieuwe eigenaar voor BCTN

NIJMEGEN Infracapital neemt containerterminal operator BCTN over van Alinda Capital Partners LLC. Hiervoor ondertekenden beide investeerders onlangs een overeenkomst. Infracapital zal volgens eigen schrijven gaan investeren in BCTN ‘om duurzame en kostenefficiënte oplossingen aan klanten te blijven bieden om ervoor te zorgen dat BCTN kan profiteren van toekomstige groeimogelijkheden.

‘We zijn verheugd om BCTN over te nemen en haar toekomst als toonaangevende leverancier van duurzame en essentiële infrastructuuroplossingen te helpen stimuleren’, meldt managing director Herman Deetman van Infracapital. ‘Schone en efficiënte logistiek zal steeds belangrijker worden voor de industrie in België en Nederland.’
Voorzitter Chris Beale van Alinda Capital Partners verwacht dat BCTN gaat floreren onder de nieuwe eigenaar. ‘BCTN is toonaangevend geweest in duurzaamheid en we hebben met genoegen de uitbreiding van Nederland naar België en de opening van nieuwe terminals ondersteund.’

BCTN
BCTN, opgericht in 1987, is de grootste exploitant van inlandterminals in de Benelux. Het bedrijf biedt end-to-end containerdiensten aan klanten die gebruik maken van de grootste diepzeehavens van Europa, Rotterdam, Antwerpen en Zeebrugge. De terminals van BCTN bevinden zich op strategisch belangrijke posities in de nabijheid van de klanten. (Foto BCTN)

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Ook Willems is lid van Aqualink. Meld u nu ook aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

Nijmeegse walstroom via zonnepark EKI

NIJMEGEN Nijmegen heeft de eerste Nederlandse walstroom op zonne-energie. In de Nijmeegse kanaalhavens opende burgemeester Bruls van Nijmegen onlangs het duurzame bedrijfspand van EKI. Op het dak van het pand liggen ruim 8.000 panelen op een oppervlak van ongeveer zes voetbalvelden.

Het zonnepark met de naam KIEN24 is de eerste in Nederland die laadpalen voor schepen voorziet van groene stroom. De gemeente wilde graag walstroom in de kanaalhavens om de luchtkwaliteit in de stad te verbeteren. Walstroom zorgt ervoor dat de dieselgeneratoren uit kunnen en er geen schadelijke stoffen meer worden uitgestoten. De gemeente heeft zelf al aan de publieke kades zoals de Waalkade en in de Waalhaven walstroom gerealiseerd. Ze ziet graag dat deze stroom ook op kades van bedrijven (zoals in de Kanaalhavens) beschikbaar komt. Daarom heeft de gemeente via een uitvraag opdracht verleend aan Ecotap om de laadpalen bij EKI te realiseren. Eerder ondersteunde de gemeente de realisatie van walstroom bij asfaltfabriek APN en op het nieuwe terrein van Derks GWW. De ondersteuning gebeurt mede uit het CLINSH-project (CLean INland SHipping) van het EU-LIFE-subsidieprogramma.

Industrieel erfgoed
De oude Sappi papierfabriek, waar in de hoogtijdagen circa 800 mensen werkten, is nu een verduurzaamde ‘oude fabriek’. Eén van de doelstellingen was om het complex op allerlei vlakken te gaan verduurzamen. Het zonnepark wekt niet alleen genoeg duurzame energie op voor EKI en walstroom, ook worden zo’n 800 huishoudens voorzien van deze groene stroom via leverancier Vandebron. Hiermee is het voor bewoners uit de wijk mogelijk stroom af te nemen van het zonnedak van de ‘buren’. Heel Nederland kan overigens de groene stroom van de voormalige papierfabriek selecteren; voor de buurwijk Hees is een speciale prijs geregeld.

Duurzaam
De voormalige papierfabriek heeft niet alleen een gigantische zonnepark. Het pand waarin EKI is gevestigd is voorzien van tal van andere duurzaamheidsfacetten. Je kunt daarbij denken aan warmtepompen, pelletkachels, een nieuw geïsoleerd dak en LED-verlichting. Hierdoor is het verbouwde pand volledig klimaatpositief en heeft het een A++ energielabel gekregen. (Foto EKI)

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Ook Willems is lid van Aqualink. Meld u nu ook aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

 

Brug over havenmond Nijmeegse Waalhaven

NIJMEGEN De gemeente Nijmegen krijgt er opnieuw een brug bij. Dit keer wordt het een voetgangersbrug over de havenmond van de Waalhaven. Omdat de brug volgens Koninklijke BLN-Schuttevaer hoog genoeg wordt, ondervindt de binnenvaart geen hinder van de nieuwe brug.

Vorige week presenteerden de gemeente Nijmegen en het Ontwikkelingsbedrijf Waalfront het voorlopige ontwerp voor de stalen voetgangersbrug. Het ontwerp van architectenbureau Ney & Partners, de architecten van dit bureau ontwierpen ook de stadsbrug De Oversteek en de brug tussen Lent en Veur-Lent, wordt 72 meter lang en 2,5 meter breed. Voor het ontwerp van de voetgangersbrug werd volgens de gemeente Nijmegen samengewerkt met vertegenwoordigers van de Waalhaven, de scheepvaart en andere belanghebbenden. Henry Mooren zat als voorzitter van de afdeling Zuid-Oost Nederland (ZON) van Koninklijke BLN-Schuttevaer aan tafel bij het overleg. Hoewel de voetgangersbrug ruim twee meter lager wordt dan de Nijmeegse spoorbrug over de Waal, is Mooren tevreden over het huidige ontwerp. ‘De onderkant van de voetgangersbrug komt te liggen op 20,77 meter +ANP. Dat moet hoog genoeg zijn. Ik heb uitgezocht wat de hoogste waterstand van de laatste 35 jaar was, en dat was 13,82 meter. Aan de aanvaarbreedte verandert gelukkig niets. Waar nu nog wel veel discussie over is, is het ontwerp met treden. Met rollend materieel, zoals een kinderwagen of een rolstoel, kan je dus niet over de voetgangersbrug. Dan moet je om de haven heen.’

Eind 2022 invaren
De voetgangersbrug moet het centrum van Nijmegen verbinden met het nieuwe Waalfront. Hier wordt momenteel gebouwd aan ruim 2.000 woningen, horeca en andere bedrijvigheid.
De gemeente Nijmegen gaat de komende tijd een aannemer zoeken die de brug kan gaan bouwen. De aannemer kan na alle procedures dan naar verwachting in april 2022 beginnen met de bouw van de brug. De bouw vindt waarschijnlijk grotendeels plaats in een loods. Eind 2022 wordt de brug dan ingevaren en geplaatst. (Foto Ney & Partners)

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Ook Willems is lid van Aqualink. Meld u nu ook aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

 

Overslag zeehavens daalt ruim 8% in 2020

DEN HAAG De aan- en afvoer van goederen in Nederlandse zeehavens is in 2020 gedaald tot bijna 558 miljoen ton. Dat is 8,2% minder dan in 2019. Het was de grootste daling sinds de economische crisis van 2009. De aanvoer van droge en natte bulkgoederen kromp flink, de overslag van containers steeg met 0,4%. Dit blijkt uit nieuwe cijfers van het CBS.

De overslag van de geloste goederen, 65,5% van de totale overslag, was in 2020 11,2% lager dan in 2019. De afvoer van goederen via de zee naar het buitenland daalde in gewicht met 1,9%. Bij de aanvoer was de afname van droge bulkgoederen met 19,9% het grootst. Er werd vooral minder steenkool (-34,7%) en ertsen (-22,1%) aangevoerd, vooral veroorzaakt door de sterk afgenomen staalproductie in Duitsland.

De afname van de aanvoer van natte bulkgoederen werd vooral veroorzaakt door de afname in olieproducten en ruwe olie, waarvan uitgedrukt in gewicht respectievelijk 14,7% en 8,4% minder werd aangevoerd dan een jaar eerder. Dit komt onder andere door een afname van de overslag van stookolie, gasolie en diesel. Minder vliegen en minder personenvervoer tijdens de coronacrisis spelen hierbij een rol.

Minder uit Rusland
Van alle goederen die gelost werden in de Nederlandse zeehavens kwam in 2020 ruim 16% uit Rusland. In 2020 daalde het volume van de overslag uit Rusland met 13,1%. Dit kwam vooral doordat de aanvoer van kolen vanuit dit land met 23,3% afnam. Vanuit de Verenigde Staten werd 38% minder kolen aangevoerd. De daling van de hoeveelheid geloste ertsen (-22,1%) kwam voor een groot deel voor rekening van Brazilië. Hier zakte het volume in met 6 miljoen ton (-41,6%), terwijl de totale daling in de aanvoer van ertsen 7,5 miljoen ton bedraagt.
Van de overige landen in de top tien van overgeslagen goederen, nam alleen de aanvoer uit het Verenigd Koninkrijk toe (2,6%) vergeleken met 2019. Dit komt door een stijging van de aanvoer van ruwe olie met 16%.

Containers
Terwijl de bulkgoederen een forse daling in de overslag noteerden, steeg de containeroverslag. In 2020 bedroegen de totale aan- en afgevoerde goederen in containers 134 miljoen ton, 0,4% meer dan in 2019. De afvoer van goederen in containers steeg met 1,5 %, terwijl de aanvoer licht daalde. De ontwikkeling in de aan- en afvoer in het eerste half jaar van 2020 waren vrijwel gelijk aan elkaar, -1,1% om -1,5%. In de tweede helft van 2020 was er een duidelijk verschil; het gewicht van geloste goederen in containers was vrijwel hetzelfde als een jaar eerder, het gewicht geladen containergoederen was 4% hoger.

Bijna 98 procent van de containers in Nederland wordt gelost en geladen in de haven van Rotterdam. Rotterdam is de grootste containerhaven van Europa met ruim 14,3 miljoen TEU, gevolgd door Antwerpen en Hamburg met respectievelijk 12,0 en 8,5 miljoen TEU. Het aantal containers in Rotterdam daalde in 2020 met 3,1% ten opzichte van een jaar eerder. In de haven van Hamburg daalde het met 7,9% nog sterker, terwijl Antwerpen een kleine plus noteerde (1,4%).

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Ook Willems is lid van Aqualink. Meld u nu ook aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.

 

Aqualink praat mee over Nieuwe Haven Arnhem

ARNHEM Aqualink, de vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland, is onlangs aan tafel geschoven bij de bedrijvencontactgroep Nieuwe Haven in Arnhem om te praten over wat er moet gebeuren om van de haven weer een echte en veilige industriehaven te maken. Al jaren liggen in de haven woon- en recreatieboten. Dit zorgt voor onveilige situaties en belemmert de bedrijven in het ondernemen.

Ondernemers in de Nieuwe Haven hebben volgens Irene van Dongen weinig vertrouwen in de slagvaardigheid van de gemeente Arnhem. (Foto Xandra Derks)

‘De kwestie sleept al jaren’, vertelt Irene van Dongen van Aqualink. ‘Maar er is in die jaren weinig veranderd. Ondernemers in de haven hebben weinig vertrouwen in de slagvaardigheid van de gemeente richting de toekomst terwijl de Nieuwe Haven op het water veel beter benut kan worden. Er is ruimte genoeg maar op het water is het nu veel te druk. Alles ligt er door elkaar.’

De mening van Aqualink wordt bevestigd in een visie van de gemeente Arnhem over de Nieuwe Haven. Hierin werd in 2019 geconcludeerd dat de Nieuwe Haven nu wordt gebruikt door teveel en te diverse doelgroepen zoals vrachtschepen, bedrijven, cruiseschepen, woonboten, recreatie en een jachthaven. Uit eerder onderzoek bleek al dat hierdoor de nautische veiligheid in de haven in het geding komt. ‘Daarvoor moeten keuzes worden gemaakt, maar het ontbreekt de gemeente aan actueel en integraal beleid op basis waarvan antwoord gegeven kan worden op verschillende (toekomstige) ruimteclaims en ontwikkelingen die op het gebied afkomen.’

Twee scenario’s
Uit recent onderzoek van de regio Arnhem-Nijmegen bleek dat de vraag naar watergebonden- en verbonden bedrijventerreinen in de regio toeneemt. Tevens bieden de bedrijven in de havens een belangrijke bijdrage in werkgelegenheid. Voor de gemeentelijke visie werden daarom de mogelijkheden onderzocht om te komen tot een Nieuwe Haven waarin de haven en de aangrenzende percelen uitsluitend zijn bedoeld voor (watergebonden) bedrijvigheid of dat functies in de haven gebundeld kunnen worden zodat de haven door diverse doelgroepen gebruikt kan worden. In dit laatste scenario blijkt het niet mogelijk de haven optimaal economisch te benutten. De nautische veiligheid zou in het geding blijven en een goed woon- en leefklimaat van de bewoners van de woonboten zou niet gegarandeerd kunnen worden. ‘De knelpunten uit de huidige situatie zijn ook in de toekomstige situatie niet zorgvuldig op te lossen’, is de conclusie. ‘Tevens worden bedrijven door de aanwezigheid van de woonboten beperkt in hun (toekomstige) bedrijfsvoering.’

‘Unieke kansen’
Het scenario waarin de haven en de aangrenzende percelen uitsluitend zijn bedoeld voor (watergebonden) bedrijven, sluit aan bij de economische potenties van het gebied en kan inspelen op ontwikkelingen en trends. De conclusie is dan ook dat het verder ontwikkelen van de haven als bedrijvenhaven pas mogelijk is wanneer de ‘gevoelige functies uit de haven verdwenen zijn’. ‘De woonboten staan het optimaal gebruik van de kade in de weg. Met het vrijmaken van de haven van woonboten kan de ontwikkeling van de Nieuwe Haven tot bedrijfshaven vorm worden gegeven. Het biedt unieke kansen voor de uitbouw van watergebonden en waterverbonden bedrijven en bovendien kan een impuls worden gegeven aan de transitie naar een duurzame circulaire economie.’

Watergebonden bedrijven
De Nieuwe Haven zou in de nieuwe vorm de mogelijkheid bieden om in te spelen op bestaande en toekomstige bedrijven die ambities hebben om de kade te benutten voor hun bedrijfsvoering. Zowel voor de ontsluiting van deze bedrijven als de mogelijkheid van laden en lossen van schepen. Anderzijds ontstaan er ook mogelijkheden om bedrijven te huisvesten die ondersteunend zijn of in het verlengde liggen van de watergebonden bedrijven in de haven.
In de gemeentelijk visie wordt eveneens de mogelijkheid geopperd om de niet-watergebonden bedrijven aan de Nieuwe Havenweg te verplaatsen naar andere locaties binnen Arnhem. ‘Zo ontstaat er meer ruimte voor nieuwe watergebonden bedrijven op bestaande bedrijfspercelen in de haven. Ook zijn er mogelijkheden om bestaande bedrijven, die nu gebruik maken van het wegverkeer maar waarvoor binnenvaart ook een goede optie is, te verplaatsen naar de haven.’

Visie havens en kades
Aqualink schreef overigens een paar jaar geleden zelf al een Visie havens en kades. Aqualink strijdt al jaren voor ligplaatsen en faciliteiten voor de scheepvaart. Want hoewel gemeenten leegkomende terreinen aan het water willen vergunnen aan watergebonden bedrijven, lijkt dit nog steeds niet goed te lukken. De plekken aan het water worden vaak ingenomen door bedrijven die geen gebruik maken van het vaarwater. Zo ook in Arnhem waar op het enige vrij uitgeefbare bedrijfsterrein aan de Nieuwe Haven nu een zonnepanelenpark gerealiseerd wordt. En dat komt de leden van Aqualink, die hun klanten normaal willen kunnen blijven bereiken, niet ten goede. Bovendien heeft de binnenvaart recht op ligplaatsen.

Aqualink bedacht een vrij simpele oplossing om de waterkant zoveel mogelijk te benutten. ‘Pak een strook van 10 tot 15 meter langs het water, vanwege allerlei redenen blijft zo’n strook toch al vaak vrij, maak een goede toegang naar de openbare weg en je hebt een fantastische watergebonden servicelocatie waar je alles kunt doen wat je met een watergebonden locatie zou willen doen. Zoals repareren, onderhouden en service verlenen’, schetst Van Dongen. ‘En je hebt meteen ligplaatsen voor schepen.’

Aqualink is dé vereniging van watergebonden bedrijven in Oost-Nederland. Meld u nu aan als lid. Volg ons op Twitter en Facebook.